Kurz: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

kurz:
- breve; sucinto; resumido; conciso; en resumen; recapitulado; simplemente; resumidamente
Wiktionary:
- kurz → breve, corto
- kurz → breve, corto, concisamente, conciso, sucinto

Duits

Uitgebreide vertaling voor kurz (Duits) in het Spaans

kurz (bündig; kurzgefaßt; summarisch)
breve; sucinto; resumido; conciso; en resumen; recapitulado
- breve bijvoeglijk naamwoord
- sucinto bijvoeglijk naamwoord
- resumido bijvoeglijk naamwoord
- conciso bijvoeglijk naamwoord
- en resumen bijvoeglijk naamwoord
- recapitulado bijvoeglijk naamwoord
kurz (kurzgefaßt; bündig)
resumido; en resumen
- resumido bijvoeglijk naamwoord
- en resumen bijvoeglijk naamwoord
kurz (minimal; summarisch; bündig)
conciso
- conciso bijvoeglijk naamwoord
kurz (kurzerhand)
simplemente; resumidamente
- simplemente bijvoeglijk naamwoord
- resumidamente bijvoeglijk naamwoord
kurz (bündig; knapp; summarisch)
sucinto; conciso
- sucinto bijvoeglijk naamwoord
- conciso bijvoeglijk naamwoord

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
breve	bündig; kurz; kurzgefaßt; summarisch	verkürzt
conciso	bündig; knapp; kurz; kurzgefaßt; minimal; summarisch	bündig; egal; einerlei; gleichgültig; indifferent; kernig; lakonisch; nüchtern; sachlich; teilnamslos; ungerührt; uninterressiert; unparteiisch
en resumen	bündig; kurz; kurzgefaßt; summarisch
recapitulado	bündig; kurz; kurzgefaßt; summarisch
resumidamente	kurz; kurzerhand
resumido	bündig; kurz; kurzgefaßt; summarisch
simplemente	kurz; kurzerhand	alltäglich; banal; dürftig; einfach; falsch; fühllos; gehässig; gemein; gering; gewöhnlich; glattweg; gängig; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; kleinlich; kurzerhand; kurzweg; landläufig; mies; niederträchtig; ohne Umschweife; ordinär; schamlos; schmählich; schuftig; trivial; verrucht; winzig; üblich
sucinto	bündig; knapp; kurz; kurzgefaßt; summarisch

kurz

adjective

Cross Translation:

From	To	Via
• kurz	→ breve; corto	↔ brief — of short duration
• kurz	→ concisamente	↔ briefly — in a brief manner
• kurz	→ conciso; sucinto; breve	↔ concise — brief and precise
• kurz	→ corto	↔ short — having a small distance between ends or edges
• kurz	→ sucinto	↔ succinct — brief and to the point
• kurz	→ corto; breve	↔ kort — van geringe lengte
• kurz	→ corto; breve	↔ kort — van geringe duur
• kurz	→ breve	↔ bref — Court, de peu de durée ou d’étendue
• kurz	→ conciso; sucinto	↔ concis — Qui exprimer quelque chose le plus clairement possible avec un nombre de mots restreint.
• kurz	→ corto	↔ court — De petite longueur ou qui n’a pas la longueur moyenne des objets du même genre.