Duits
Uitgebreide vertaling voor isolieren (Duits) in het Spaans
isolieren:
-
isolieren (absondern; separieren; abtrennen; trennen; aussondern)
aislar; escindir; poner aparte; separar; apartar; incomunicar; bifurcarse; alejar de-
aislar werkwoord
-
escindir werkwoord
-
poner aparte werkwoord
-
separar werkwoord
-
apartar werkwoord
-
incomunicar werkwoord
-
bifurcarse werkwoord
-
alejar de werkwoord
-
-
isolieren (abdichten; dichten)
-
isolieren (abdichten; dichten)
-
isolieren (abdichten; stopfen; dichten; schließen)
calafatear; poetizar; escribir poesía-
calafatear werkwoord
-
poetizar werkwoord
-
escribir poesía werkwoord
-
-
isolieren (schließen; sperren; verschließen; zumachen; abschliessen; verriegeln; abdichten; zusperren)
cerrar; cerrar de golpe; cerrarse; cerrar con llave; tapar; sellar; cerrar herméticamente-
cerrar werkwoord
-
cerrar de golpe werkwoord
-
cerrarse werkwoord
-
cerrar con llave werkwoord
-
tapar werkwoord
-
sellar werkwoord
-
cerrar herméticamente werkwoord
-
-
isolieren (abdichten; schließen; stopfen; dichten)
-
isolieren (versiegeln; abschliessen; abdichten)
Conjugations for isolieren:
Präsens
- isoliere
- isolierst
- isoliert
- isolieren
- isoliert
- isolieren
Imperfekt
- isolierte
- isoliertest
- isolierte
- isolierten
- isoliertet
- isolierten
Perfekt
- habe isoliert
- hast isoliert
- hat isoliert
- haben isoliert
- habt isoliert
- haben isoliert
1. Konjunktiv [1]
- isoliere
- isolierest
- isoliere
- isolieren
- isolieret
- isolieren
2. Konjunktiv
- isolierte
- isoliertest
- isolierte
- isolierten
- isoliertet
- isolierten
Futur 1
- werde isolieren
- wirst isolieren
- wird isolieren
- werden isolieren
- werdet isolieren
- werden isolieren
1. Konjunktiv [2]
- würde isolieren
- würdest isolieren
- würde isolieren
- würden isolieren
- würdet isolieren
- würden isolieren
Diverses
- isoliere!
- isoliert!
- isolieren Sie!
- isoliert
- isolierend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie