Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Zoek: behalten

Duitse en Spaanse zoekresultaten voor: behalten

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

behalten:
- retener; guardar; contener; mantenerse
Wiktionary:
- behalten → retener
- behalten → quedar, guardar, retener, detentar, recordar, quedarse con, conservar, mantener

Duits

Uitgebreide vertaling voor behalten (Duits) in het Spaans

behalten:

behalten werkwoord (behalte, behältst, behält, behielt, behieltet, behalten)

behalten
retener; guardar; contener
- retener werkwoord
- guardar werkwoord
- contener werkwoord
behalten (erhalten; handhaben; instandhalten; beibehalten; wahren; bewahren)
mantenerse
- mantenerse werkwoord

Conjugations for behalten:

Präsens

behalte
behältst
behält
behalten
behaltt
behalten

Imperfekt

behielt
behietst
behielt
behielten
behieltet
behielten

Perfekt

habe behalten
hast behalten
hat behalten
haben behalten
habt behalten
haben behalten

1. Konjunktiv [1]

behalte
behaltest
behalte
behalten
behaltet
behalten

2. Konjunktiv

behielte
behieltest
behielte
behielten
behieltet
behielten

Futur 1

werde behalten
wirst behalten
wird behalten
werden behalten
werdet behalten
werden behalten

1. Konjunktiv [2]

würde behalten
würdest behalten
würde behalten
würden behalten
würdet behalten
würden behalten

Diverses

behalt!
behaltet!
behalten Sie!
behalten
behaltend

1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor behalten:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
contener		Beinhalten; Inhalt; womit etwas gefüllt ist
retener		Abhalten
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
contener	behalten	anfügen; auf die Seite legen; beherrschen; beifügen; beilegen; beinhalten; beiseite legen; beschränken; bestreichen; bezwingen; bezähmen; blockieren; drinnen behalten; eindeichen; eindämmen; einhegen; einkapseln; einkochen; einkreisen; einlegen; einmachen; einpferchen; einpökeln; einsalzen; einschließen; einschränken; einsperren; einsäumen; enthalten; erfassen; hinzufügen; implizieren; konservieren; lauten; mit den Händen umfassen; reservieren; schließen; umfassen; umschließen; umspannen; umziehen; unterdrücken; verkapseln; zur Seite legen; zurückhalten; zurücklegen; zurücknehmen; zurückstellen
guardar	behalten	Schutz bieten; abdecken; abgrenzen; abschirmen; absperren; abzäunen; achtgeben; ansehen; auf die Seite legen; aufbewahren; aufheben; aufpassen; beaufsichtigen; begrenzen; begucken; beiseite legen; beiseitelegen; beobachten; bergen; bewachen; bewahren; deponieren; einbüchsen; einkochen; einmachen; erhalten; festhalten; hamstern; hegen; hinblicken; horten; hüten; inspizieren; instandhalten; konservieren; lagern; nicht gehenlassen; patrouillieren; schauen; schließen; schützen; sehen; speichern; sperren; umzäunen; verriegeln; verschließen; versperren; verstecken; wahren; weglegen; wegräumen; wegschließen; wegstecken; zu Hause halten; zugucken; zumachen; zurücklegen; zusehen; zusperren; überwachen
mantenerse	behalten; beibehalten; bewahren; erhalten; handhaben; instandhalten; wahren	sich an etwas halten
retener	behalten	Halten; abhalten; absorbieren; aufhalten; betreiben; durchdringen; durchhalten; durchsetzen; einimpfen; einpfeffern; einprägen; einschneiden; einschärfen; enthalten; erwähnen; festhaken; fortsetzen; hindern; hämmern; zurückhalten

Synoniemen voor "behalten":

asservieren; aufbewahren; aufheben; erhalten; in Verwahrung nehmen; lagern; verwahren

Wiktionary: behalten

behalten

verb

etwas nicht vergessen
- behalten → retener

Cross Translation:

From	To	Via
• behalten	→ quedar; guardar	↔ keep — to maintain possession of
• behalten	→ retener; detentar	↔ retain — to keep in possession or use
• behalten	→ retener; recordar	↔ onthouden — in het geheugen bewaren
• behalten	→ quedarse con; conservar; guardar	↔ behouden — iets niet verliezen
• behalten	→ conservar	↔ conserver — maintenir en bon état, apporter le soin nécessaire pour empêcher qu’une chose ne se gâter, ne dépérir.
• behalten	→ mantener	↔ maintenir — tenir ferme et fixe.

Verwante vertalingen van behalten