Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- grün:
- Wiktionary:
Spaans naar Duits: Meer gegevens...
- gruñón:
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Grün (Duits) in het Spaans
Grün:
Synoniemen voor "Grün":
grün:
-
grün (grünlich; unreif)
-
grün (frisch; neugebacken; frischgebacken)
-
grün (smaragdgrün)
Vertaal Matrix voor grün:
Synoniemen voor "grün":
Wiktionary: grün
grün
Cross Translation:
adjective
-
die Farbe Grün zeigend, die im Lichtspektrum zwischen Gelb und Blau liegt (Wellenlänge 520–565 nm).
- grün → verde
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• grün | → verde | ↔ green — having green as its colour |
• grün | → verde | ↔ green — environmentally friendly |
• grün | → verde | ↔ green — of fruit: unripe |
• grün | → verde | ↔ vert — De couleur verte |
Verwante vertalingen van Grün
Spaans
Uitgebreide vertaling voor Grün (Spaans) in het Duits
gruñón:
-
gruñón (malhumorado; hosco; en tono de mal humor; desabrido; irritado)
schlecht gelaunt-
schlecht gelaunt bijvoeglijk naamwoord
-
-
gruñón (regañón; huraño; desabrido; malhumorado; avinagrado; ceñudo; alegón; reclamón; refunfuñador)
mürrisch; kribbelig; schlechtgelaunt; grimmig; unwirsch; griesgrämig; verdrießlich; brummig; knurrig; sauertöpfisch; nörglerisch-
mürrisch bijvoeglijk naamwoord
-
kribbelig bijvoeglijk naamwoord
-
schlechtgelaunt bijvoeglijk naamwoord
-
grimmig bijvoeglijk naamwoord
-
unwirsch bijvoeglijk naamwoord
-
griesgrämig bijvoeglijk naamwoord
-
verdrießlich bijvoeglijk naamwoord
-
brummig bijvoeglijk naamwoord
-
knurrig bijvoeglijk naamwoord
-
sauertöpfisch bijvoeglijk naamwoord
-
nörglerisch bijvoeglijk naamwoord
-
-
gruñón (irritado; malhumorado; alegón; huraño; avinagrado; regañón; refunfuñador)
-
gruñón (desabrido; malhumorado; chabacano; rudo; agrio; ronco; despegado; hosco; enfurruñado; rebarbativo)
knurrig; barsch; brüsk; sauertöpfisch; griesgrämig; schlechtgelaunt-
knurrig bijvoeglijk naamwoord
-
barsch bijvoeglijk naamwoord
-
brüsk bijvoeglijk naamwoord
-
sauertöpfisch bijvoeglijk naamwoord
-
griesgrämig bijvoeglijk naamwoord
-
schlechtgelaunt bijvoeglijk naamwoord
-
-
el gruñón (regañón; camorrista; protestona; renegón; refunfuñón; renegona; quejona; rezongón; quejón; protestón; querulante)
-
el gruñón (gruñona; hipocondrio; gruñones; persona tétrica)
Vertaal Matrix voor gruñón:
Verwante woorden van "gruñón":
Synoniemen voor "gruñón":
Wiktionary: gruñón
gruñón
Cross Translation:
adjective
-
missmutig
-
harmlos frech und ungehorsam, sich gegen Autoritäten auflehnend
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gruñón | → mürrisch; reizbar | ↔ crusty — grumpy, short-tempered |
• gruñón | → mürrisch | ↔ grumpy — unhappy and/or irritable |
• gruñón | → nörgelig | ↔ mopperig — veel mopperend |
• gruñón | → Nörgler | ↔ mopperaar — een mannelijk persoon die vaak moppert |