Overzicht
Duits naar Spaans: Meer gegevens...
- Räude:
-
rüde:
- basto; grueso; grosero; tosco; burdo; desafilado; duro; brusco; violento; con mano dura; con dureza; agresivo; brutal; bruto; chillón; rudo; áspero; canallesco; vulgar; ruin; chabacano; fuerte; desierto; amargado; encarnizado; resentido; vivo; salvaje; agudo; apasionado; feroz; subido; árido; riguroso; intenso; tajante; furioso; rabioso; cortante; estridente; mordaz; acre; mordido; vehemente; yermo; empedernido; enconado; inhóspito; torvo; cáustico; sañudo; a sotavento; menos; criminal; bajo; añejo; banal; desaseado; deshonroso; bajamente; malo; trivial
- Rüde:
- Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor rüde (Duits) in het Spaans
Räude:
Vertaal Matrix voor Räude:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
roña | Grind; Krätze; Räude | Geiz; Habgier; Knauserei; Knauserigkeit; Raffgier |
sarna | Grind; Krätze; Räude |
rüde:
-
rüde (grob; ungeschliffen; schroff; derb; schwer)
-
rüde (grob; rauh; wild; roh; brutal; unzart; gewaltsam; schroff; gewalttätig; unsanft; haarig)
-
rüde (aggressiv; gewalttätig; gewaltsam; brutal; wild; stürmisch; struppig; schwer; stark; roh; scharf; schroff; störrisch; unsanft; ungestüm; zottig; unzart; stoppelig; zutäppisch)
violento; brusco; con mano dura; con dureza; agresivo; brutal; duro; bruto; chillón-
violento bijvoeglijk naamwoord
-
brusco bijvoeglijk naamwoord
-
con mano dura bijvoeglijk naamwoord
-
con dureza bijvoeglijk naamwoord
-
agresivo bijvoeglijk naamwoord
-
brutal bijvoeglijk naamwoord
-
duro bijvoeglijk naamwoord
-
bruto bijvoeglijk naamwoord
-
chillón bijvoeglijk naamwoord
-
-
rüde (unflätig; ungeschliffen; grob; obszön; ungehobelt; schmuddelig; schlüpfrig; schofel; abgestanden)
-
rüde (schuftig; garstig)
áspero; canallesco; grueso; grosero; vulgar; basto; rudo; tosco; ruin; burdo; chabacano-
áspero bijvoeglijk naamwoord
-
canallesco bijvoeglijk naamwoord
-
grueso bijvoeglijk naamwoord
-
grosero bijvoeglijk naamwoord
-
vulgar bijvoeglijk naamwoord
-
basto bijvoeglijk naamwoord
-
rudo bijvoeglijk naamwoord
-
tosco bijvoeglijk naamwoord
-
ruin bijvoeglijk naamwoord
-
burdo bijvoeglijk naamwoord
-
chabacano bijvoeglijk naamwoord
-
-
rüde (bitter entäuscht; verbittert; hell; wütend; hart; wüst; roh; tüchtig; wild; öde; grell; heftig; bissig; rasend; grimmig; stürmisch; höllisch; schneidig; klirrend; tobend; schnippisch; haarig; gellend; beißend; geharnischt)
fuerte; desierto; amargado; encarnizado; resentido; vivo; salvaje; agudo; apasionado; feroz; subido; árido; brusco; riguroso; intenso; rudo; tajante; furioso; rabioso; agresivo; cortante; estridente; mordaz; chillón; acre; mordido; vehemente; yermo; empedernido; enconado; inhóspito; torvo; cáustico; sañudo-
fuerte bijvoeglijk naamwoord
-
desierto bijvoeglijk naamwoord
-
amargado bijvoeglijk naamwoord
-
encarnizado bijvoeglijk naamwoord
-
resentido bijvoeglijk naamwoord
-
vivo bijvoeglijk naamwoord
-
salvaje bijvoeglijk naamwoord
-
agudo bijvoeglijk naamwoord
-
apasionado bijvoeglijk naamwoord
-
feroz bijvoeglijk naamwoord
-
subido bijvoeglijk naamwoord
-
árido bijvoeglijk naamwoord
-
brusco bijvoeglijk naamwoord
-
riguroso bijvoeglijk naamwoord
-
intenso bijvoeglijk naamwoord
-
rudo bijvoeglijk naamwoord
-
tajante bijvoeglijk naamwoord
-
furioso bijvoeglijk naamwoord
-
rabioso bijvoeglijk naamwoord
-
agresivo bijvoeglijk naamwoord
-
cortante bijvoeglijk naamwoord
-
estridente bijvoeglijk naamwoord
-
mordaz bijvoeglijk naamwoord
-
chillón bijvoeglijk naamwoord
-
acre bijvoeglijk naamwoord
-
mordido bijvoeglijk naamwoord
-
vehemente bijvoeglijk naamwoord
-
yermo bijvoeglijk naamwoord
-
empedernido bijvoeglijk naamwoord
-
enconado bijvoeglijk naamwoord
-
inhóspito bijvoeglijk naamwoord
-
torvo bijvoeglijk naamwoord
-
cáustico bijvoeglijk naamwoord
-
sañudo bijvoeglijk naamwoord
-
-
rüde (obszön; schmierig; faul; dick; heimtückisch; schamlos; fettartig; schal; schmutzig; falsch; grob; fett; ekelhaft; platt; dürftig; derb; dumpf; schäbig; banal; hinterhältig; garstig; fettig; hinterlistig; trivial; abgestanden; schmuddelig; dumpfig; bäuerisch; schofel; schuftig; schmählich; schändlich; ungeschlacht)
a sotavento; menos; basto; criminal; bajo; vulgar; burdo; añejo; banal; desaseado; deshonroso; bajamente; malo; bruto; trivial-
a sotavento bijvoeglijk naamwoord
-
menos bijvoeglijk naamwoord
-
basto bijvoeglijk naamwoord
-
criminal bijvoeglijk naamwoord
-
bajo bijvoeglijk naamwoord
-
vulgar bijvoeglijk naamwoord
-
burdo bijvoeglijk naamwoord
-
añejo bijvoeglijk naamwoord
-
banal bijvoeglijk naamwoord
-
desaseado bijvoeglijk naamwoord
-
deshonroso bijvoeglijk naamwoord
-
bajamente bijvoeglijk naamwoord
-
malo bijvoeglijk naamwoord
-
bruto bijvoeglijk naamwoord
-
trivial bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor rüde:
Synoniemen voor "rüde":
Rüde:
-
der Rüde
el perro macho
Vertaal Matrix voor Rüde:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
perro macho | Rüde |
Synoniemen voor "Rüde":
Wiktionary: Rüde
Rüde
Cross Translation:
noun
-
Tier männlichen Geschlechts (von Hunden, Wölfen, Füchsen, Dachsen, Mardern)
- Rüde → macho
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• Rüde | → buco; macho; gamo | ↔ buck — male deer, goat, etc. |
• Rüde | → perro | ↔ dog — male canine |
• Rüde | → lobo | ↔ he-wolf — male wolf |
• Rüde | → perro macho | ↔ reu — een mannelijke hond |