Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Schlaflosigkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schlaflosigkeit (Duits) in het Engels

Schlaflosigkeit:

Schlaflosigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schlaflosigkeit
    the insomnia
    • insomnia [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schlaflosigkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
insomnia Schlaflosigkeit

Synoniemen voor "Schlaflosigkeit":


Wiktionary: Schlaflosigkeit

Schlaflosigkeit
noun
  1. das Fehlen von Schlaf
Schlaflosigkeit
noun
  1. sleeping disorder

Cross Translation:
FromToVia
Schlaflosigkeit sleeplessness; insomnia slapeloosheid — psychologie|nld (medisch, nld) een slaapstoornis