Rastlos in het Engels vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

rastlos:
- indefatigable; zealous; tireless; diligent; assiduous; practised; ardent; industrious; practiced; restless; unquiet; fidgety; impatient
Wiktionary:
- rastlos → restless

Duits

Uitgebreide vertaling voor rastlos (Duits) in het Engels

rastlos:

rastlos bijvoeglijk naamwoord

rastlos (unermüdlich; bewandert; eifrig; emsig)
indefatigable; zealous; tireless; diligent; assiduous; practised; ardent; industrious; practiced
- indefatigable bijvoeglijk naamwoord
- zealous bijvoeglijk naamwoord
- tireless bijvoeglijk naamwoord
- diligent bijvoeglijk naamwoord
- assiduous bijvoeglijk naamwoord
- practised bijvoeglijk naamwoord, Amerikaans
- ardent bijvoeglijk naamwoord
- industrious bijvoeglijk naamwoord
- practiced bijvoeglijk naamwoord, Brits
rastlos (ruhelos; unruhig)
restless; unquiet
- restless bijvoeglijk naamwoord
- unquiet bijvoeglijk naamwoord
rastlos (ruhelos; rührig; steif; unruhig; unbeständig; zappelig; flatterhaft)
restless; fidgety; impatient
- restless bijvoeglijk naamwoord
- fidgety bijvoeglijk naamwoord
- impatient bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor rastlos:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ardent	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	auffahrend; eifrig; feurig; glühend; heftig; heißblütig; hemmungslos; hingebungsvoll; hitzig; hitzköpfig; inbrünstig; intens; jähzornig; leidenschaftlich; passioniert; spirituell; stürmisch; temperamentvoll; ungestüm; zornig
assiduous	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	arbeitsam; emsig; fleißig; hingebungsvoll
diligent	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	arbeitsam; emsig; fleißig; hingebungsvoll
fidgety	flatterhaft; rastlos; ruhelos; rührig; steif; unbeständig; unruhig; zappelig	unruhig
impatient	flatterhaft; rastlos; ruhelos; rührig; steif; unbeständig; unruhig; zappelig	ungeduldig
indefatigable	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	andauernd; anhaltend; fortwährend; konstant; kontinuierlich; ständig; unablässig; unermüdlich; ununterbrochen; unverdrossen
industrious	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	aktiv; arbeitsam; berufstätig; beschäftigt; betriebsam; eifrig; emsig; fleißig; geschäftig; strebsam; tätig; wirksam
practiced	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	gebildet; gelehrt; geschult
practised	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	gebildet; gelehrt; geschult
restless	flatterhaft; rastlos; ruhelos; rührig; steif; unbeständig; unruhig; zappelig	andauernd; anhaltend; dauernd; fortwährend; immer; konstant; ständig; unruhig; ununterbrochen; unverdrossen
tireless	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich
unquiet	rastlos; ruhelos; unruhig
zealous	bewandert; eifrig; emsig; rastlos; unermüdlich	emsig; fleißig

Synoniemen voor "rastlos":

getrieben; ruhelos; unruhig; zappelig

Wiktionary: rastlos

rastlos

adjective

not satisfied to be at rest or peace
- restless → ruhelos; rastlos

Computer vertaling door derden:

Remove Ads

Vertaal rastlos van Duits naar Engels

Uitgebreide vertaling voor rastlos (Duits) in het Engels

rastlos:

rastlos bijvoeglijk naamwoord

rastlos (unermüdlich; bewandert; eifrig; emsig)

rastlos (ruhelos; unruhig)

rastlos (ruhelos; rührig; steif; unruhig; unbeständig; zappelig; flatterhaft)

Vertaal Matrix voor rastlos:

Synoniemen voor "rastlos":

Wiktionary: rastlos