Overzicht
Duits
Uitgebreide vertaling voor ledig (Duits) in het Engels
ledig:
-
ledig (leer; unbesetzt; frei; offen)
-
ledig (unverheiratet)
-
ledig (unbewohnt; unbesetzt; leer; offen; frei; wüst; untätig; freigegeben; unbebaut)
uninhabited; deserted; vacant-
uninhabited bijvoeglijk naamwoord
-
deserted bijvoeglijk naamwoord
-
vacant bijvoeglijk naamwoord
-
-
ledig (unbenutzt; ungerührt; unbewegt; neu; ungebraucht; unangetastet; rein; leer; heil; frisch; gleichgültig; gelassen; unversehrt; intakt; unberührt; nichtig; freistehend; ungekünstelt; ungekürzt)
unused; unbroached; untouched; unopened; fresh-
unused bijvoeglijk naamwoord
-
unbroached bijvoeglijk naamwoord
-
untouched bijvoeglijk naamwoord
-
unopened bijvoeglijk naamwoord
-
fresh bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor ledig:
Synoniemen voor "ledig":
Wiktionary: ledig
ledig
Cross Translation:
adjective
ledig
-
nicht verheiratet
- ledig → single
adjective
-
not married nor dating
-
unmarried; widowed
-
having no husband or wife
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ledig | → single; unmarried | ↔ célibataire — Qui n’est pas marié |