Duits
Uitgebreide vertaling voor kalt (Duits) in het Engels
kalt:
-
kalt (gleichgültig; cool; kaltherzig; fröstelnd)
distant; aloof; in an unresponsive way; chilly; cool; chilli-
distant bijvoeglijk naamwoord
-
aloof bijvoeglijk naamwoord
-
in an unresponsive way bijvoeglijk naamwoord
-
cool bijvoeglijk naamwoord
-
-
kalt (feuchtkalt; naßkalt; kühl)
-
kalt (naßkalt; feucht; kühl; unangenehm; klamm; frostig; feuchtkalt)
cold and damp; cold; chilly; clammy; chilli-
cold and damp bijvoeglijk naamwoord
-
cold bijvoeglijk naamwoord
-
clammy bijvoeglijk naamwoord
-
-
kalt (frisch; kühl; frostig)
little fresh-
little fresh bijvoeglijk naamwoord
-
-
kalt (seelenruhig; frisch; kühl; nüchtern; frostig; kaltblütig)
-
kalt (eisig; eiskalt; grausig; gräßlich; frostig; steinern; schauderhaft; kaltschnäuzig; grauenerregend; scheußlich kalt)
-
kalt (objektiv; sachlich; geschäftlich; nüchtern; dürr; dienstlich; unbestechlich; unparteiisch)
Vertaal Matrix voor kalt:
Synoniemen voor "kalt":
Computer vertaling door derden: