Duits
Uitgebreide vertaling voor gewerblich (Duits) in het Engels
gewerblich:
-
gewerblich (kommerziell; wirtschaftlich; kaufmännisch; geschäftlich; dienstlich)
commercial-
commercial bijvoeglijk naamwoord
-
-
gewerblich (industriell)
industrial-
industrial bijvoeglijk naamwoord
-
-
gewerblich (in Beziehung der Ekonomie; ökonomisch; wirtschaftlich; genau; sparsam; geizig; spärlich; schütter)
economic; economical; economically-
economic bijvoeglijk naamwoord
-
economical bijvoeglijk naamwoord
-
economically bijwoord
-
-
gewerblich (kleinkariert; engstirnig; kleinmütig; genau; knapp; eng; klein; gering; beschränkt; geizig; bürgerlich; kleinlich; borniert; knickrig; kleinbürgerlich)
petty; bashfull; diffident; narrow minded-
petty bijvoeglijk naamwoord
-
bashfull bijvoeglijk naamwoord
-
diffident bijvoeglijk naamwoord
-
narrow minded bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gewerblich:
Synoniemen voor "gewerblich":
Wiktionary: gewerblich
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gewerblich | → industrial | ↔ industriel — Qui appartient à l’industrie. |
Computer vertaling door derden: