Duits
Uitgebreide vertaling voor gesund (Duits) in het Engels
gesund:
-
gesund (inbesterForm; fit; gutsituiert; blühend; gutgestellt; heil; wohlhabend; glühend; finanzstark; springlebendig; wohlauf; heilsam; behäbig; hygienisch)
healthy; in good health; fit; thriving; well-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
in good health bijvoeglijk naamwoord
-
fit bijvoeglijk naamwoord
-
thriving bijvoeglijk naamwoord
-
well bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund
-
gesund
able-bodied-
able-bodied bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund (fit; in bester Form; wohlauf; springlebendig; blühend)
rosy cheeked; fighting fit; in good health; well; healthy; rosy cheeked & bushy tailed-
rosy cheeked bijvoeglijk naamwoord
-
fighting fit bijvoeglijk naamwoord
-
in good health bijvoeglijk naamwoord
-
well bijvoeglijk naamwoord
-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
rosy cheeked & bushy tailed bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund (blühend; heilsam; fit; wohlauf; glühend; gutgestellt; springlebendig; inbesterForm)
prosperous; healthy; flourishing; thriving; well; in good health-
prosperous bijvoeglijk naamwoord
-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
flourishing bijvoeglijk naamwoord
-
thriving bijvoeglijk naamwoord
-
well bijvoeglijk naamwoord
-
in good health bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund (glücklich verlaufend; glücklich; erfolgreich; günstig)
prosperous; fortunate; successful; propitious; auspicious-
prosperous bijvoeglijk naamwoord
-
fortunate bijvoeglijk naamwoord
-
successful bijvoeglijk naamwoord
-
propitious bijvoeglijk naamwoord
-
auspicious bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund (springlebendig)
alive and kicking-
alive and kicking bijvoeglijk naamwoord
-
-
gesund (unversehrt; unverletzt; unbeschädigt)
Vertaal Matrix voor gesund:
Synoniemen voor "gesund":
Wiktionary: gesund
gesund
Cross Translation:
adjective
gesund
adjective
-
evincing health
-
conducive to health
-
enjoying health and vigor of body, mind, or spirit: well
-
beneficial to health
-
healthful
-
in good health
-
healthy
-
promoting good health, and well-being
-
sound and healthy
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gesund | → healthy | ↔ gezond — bevorderlijk voor een goede conditie |
• gesund | → healthy | ↔ gezond — vrij van ziektes en zeertes |
• gesund | → healthy | ↔ bien portant — En bonne santé |
• gesund | → healthy; well; wholesome | ↔ sain — Qui est de bonne constitution, qui n’a pas de tares en son organisme. Qui n’est pas altéré, qui est en bon état. |