Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor geschwollen (Duits) in het Engels

geschwollen:

geschwollen bijvoeglijk naamwoord

  1. geschwollen (aufgedunsen)
    swollen; bloated; turgid
  2. geschwollen (bombastisch; aufgeblasen; schwülstig; )
    pompous; grandiloquent; swolen headed; bombastic
  3. geschwollen (ausgestopft Tier; satt; aufgedunsen; )
    stuffed animal

Vertaal Matrix voor geschwollen:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bombastic aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch dicktuerisch; großsprecherisch; prahlerisch
grandiloquent aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch angeberisch; aufschneiderisch; dicktuerisch; großsprecherisch; prahlerisch; protzend
pompous aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch ansehnlich
swollen aufgedunsen; geschwollen
turgid aufgedunsen; geschwollen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bloated aufgedunsen; geschwollen aufgebläht; aufgedunsen; dick; fett; fett wie ein Schwein sein
stuffed animal aufgedunsen; ausgestopft; ausgestopft Tier; geschwollen; satt; schwülstig; wulstig
swolen headed aufgeblasen; bombastisch; geschwollen; hochtrabend; pathetisch; schwülstig; theatralisch

Synoniemen voor "geschwollen":