Duits
Uitgebreide vertaling voor gefragt (Duits) in het Engels
gefragt:
-
gefragt (gewünscht; gewollt; beliebt; populär; gerngesehen)
in request; in demand; sought-after-
in request bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
-
gefragt (beliebt; gesucht; gewünscht; populär; gewollt; gerngesehen; geliebt)
sought-after; wanted; desirable; in demand; popular; gladly seen-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
wanted bijvoeglijk naamwoord
-
desirable bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
popular bijvoeglijk naamwoord
-
gladly seen bijvoeglijk naamwoord
-
-
gefragt (bevorzugt; geliebt; beliebt; gewollt; gesucht; angenehm)
-
gefragt (begehrenswert; populär; gesucht; gewünscht; beliebt; gewollt)
desirable; wanted; sought-after; adorable; in demand-
desirable bijvoeglijk naamwoord
-
wanted bijvoeglijk naamwoord
-
sought-after bijvoeglijk naamwoord
-
adorable bijvoeglijk naamwoord
-
in demand bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gefragt:
Synoniemen voor "gefragt":
fragen:
-
fragen (beantragen; bitten; ersuchen; anfordern; anfragen; ansuchen)
-
fragen (eine Frage stellen)
-
fragen
ask oneself-
ask oneself werkwoord
-
-
fragen (sich nach erkundigen; informieren; nachfragen)
Conjugations for fragen:
Präsens
- frage
- fragst
- fragt
- fragen
- fragt
- fragen
Imperfekt
- fragte
- fragtest
- fragte
- fragten
- fragtet
- fragten
Perfekt
- habe gefragt
- hast gefragt
- hat gefragt
- haben gefragt
- habt gefragt
- haben gefragt
1. Konjunktiv [1]
- frage
- fragest
- frage
- fragen
- fraget
- fragen
2. Konjunktiv
- fragte
- fragtest
- fragte
- fragten
- fragtet
- fragten
Futur 1
- werde fragen
- wirst fragen
- wird fragen
- werden fragen
- werdet fragen
- werden fragen
1. Konjunktiv [2]
- würde fragen
- würdest fragen
- würde fragen
- würden fragen
- würdet fragen
- würden fragen
Diverses
- frage!
- fragt!
- fragen Sie!
- gefragt
- fragend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie