Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. fachgerecht:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor fachgerecht (Duits) in het Engels

fachgerecht:

fachgerecht bijvoeglijk naamwoord

  1. fachgerecht (fachkundig; sachverständig; kompetent; sachkundig; fachmännisch)
    competent; capable; efficient; good; able
  2. fachgerecht (fachkundig)
    capable; able
    • capable bijvoeglijk naamwoord
    • able bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor fachgerecht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
good Artikel; Ding; Gegenstand; Gegenstände; Gerät; Objekt; Sache; Sachen; Ware; Zeug
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
able fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig befähig; bewandert; erfahren; fachmännisch; fähig; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; kapabel; klug; kompetent; kundig; pfiffig; raffiniert; sachverständig; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tauglich; treffend; tüchtig
capable fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig befähig; bewandert; erfahren; fachmännisch; fähig; gescheit; geschickt; geschult; gewandt; geübt; handlich; kapabel; klug; kompetent; kundig; pfiffig; raffiniert; sachverständig; scharfsinnig; schlau; spitzfindig; tauglich; treffend; tüchtig
competent fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig befugt; befähig; berechtigt; erfahren; fähig; geschult; kapabel; kompetent; qualifiziert; rechtsfähig; routiniert
efficient fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig adäquat; angemessen; befähig; die Mühe wert; effektiv; effizient; entsprechend; fähig; geeignet; gemessen; kapabel; kompetent; passend; zweckmäßig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
good fachgerecht; fachkundig; fachmännisch; kompetent; sachkundig; sachverständig amüsant; angenehm; artig; befähig; behaglich; brav; einverstanden; entzückend; erfreulich; ergötzlich; fabelhaft; fein; fähig; gemütlich; geschmackvoll; gesellig; herrlich; in Ordnung; kapabel; kompetent; nett; richtig; schön; sittsam; spaßig; tadellos; toll; vergnüglich; vergnügt; vorbildlich; wohltuend

Synoniemen voor "fachgerecht":


Wiktionary: fachgerecht

fachgerecht
adjective
  1. den Standards und Gepflogenheiten eines Fachs (Handwerk, Industrie, Beruf und Berufszweig) gerecht werden

Computer vertaling door derden: