Duits
Uitgebreide vertaling voor angeschlossen (Duits) in het Engels
angeschlossen:
-
angeschlossen
-
angeschlossen (eine Einheit formend; verbunden; zusammenhängend; aneinandergereiht)
associated; interconnected; unifying; interdependent; joint-
associated bijvoeglijk naamwoord
-
interconnected bijvoeglijk naamwoord
-
unifying bijvoeglijk naamwoord
-
interdependent bijvoeglijk naamwoord
-
joint bijvoeglijk naamwoord
-
-
angeschlossen (einträchtig; einstimmig; gemeinsam; einmütig; gleichgestimmt; geschlossen; einig; verträglich; gemeinschaftlich; einhellig; zusammenhängend; solidarisch; gleichförmig)
-
angeschlossen (angekettet)
Vertaal Matrix voor angeschlossen:
Synoniemen voor "angeschlossen":
Computer vertaling door derden: