Duits
Uitgebreide vertaling voor absolut (Duits) in het Engels
absolut:
-
absolut (gründlich; total; völlig; vollkommen; komplett; vortrefflich)
-
absolut (unbedingt)
definitely; absolutely; unconditional; indisputable; certain; absolute; certainly; undoubted; sure; positive; final-
definitely bijwoord
-
absolutely bijwoord
-
unconditional bijvoeglijk naamwoord
-
indisputable bijvoeglijk naamwoord
-
certain bijvoeglijk naamwoord
-
absolute bijvoeglijk naamwoord
-
certainly bijwoord
-
undoubted bijvoeglijk naamwoord
-
sure bijvoeglijk naamwoord
-
positive bijvoeglijk naamwoord
-
final bijvoeglijk naamwoord
-
-
absolut (durchaus)
Vertaal Matrix voor absolut:
Synoniemen voor "absolut":
Wiktionary: absolut
absolut
Cross Translation:
adverb
absolut
-
durch nichts bedingt, von uneingeschränkter Gültigkeit und/oder Verbindlichkeit
- absolut → absolute
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• absolut | → absolute | ↔ absoluut — geheel onafhankelijk en zonder binding met iets of iemand anders |
• absolut | → absolute | ↔ absoluut — beslist, zeker |
• absolut | → absolute | ↔ absoluut — volledig, volkomen |
• absolut | → absolute | ↔ absoluut — niet beschouwd in betrekking tot iets soortgelijks |
• absolut | → absolute; stark; perfect; impeccable | ↔ parfait — Qui réunir toutes les qualités, sans nul mélange de défauts. |
• absolut | → pure; simple; straightforward; common; unpretentious; clean; untainted; mere; sole; solitary; absolute; stark | ↔ pur — Qui est sans mélange. |
• absolut | → absolute; true | ↔ véritable — bon, excellent dans son genre |
Computer vertaling door derden: