Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. abblasen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor abblasen (Duits) in het Engels

abblasen:

abblasen werkwoord

  1. abblasen (absagen; anbsetzen)
    to cancel; to postpone; to abandon; to desist; to hold up
    • cancel werkwoord (cancels, canceled, canceling)
    • postpone werkwoord (postpones, postponed, postponing)
    • abandon werkwoord (abandons, abandoned, abandoning)
    • desist werkwoord (desists, desisted, desisting)
    • hold up werkwoord (holds up, held up, holding up)
  2. abblasen
    to blow off
    • blow off werkwoord (blows off, blowing off)

Vertaal Matrix voor abblasen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hold up Überfall
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abandon abblasen; absagen; anbsetzen abbrechen; ausscheiden; austreten; etwas aufgeben; fortgehen; im Stich lassen; verlassen; verzichten; weggehen; zurücktreten
blow off abblasen fortblasen
cancel abblasen; absagen; anbsetzen Auswahl aufheben; abbestellen; abbrechen; absagen; annulieren; annullieren; aufheben; durchstreichen; einstellen; rückgängig machen; stornieren; streichen; tilgen; wider'rufen; widerrufen
desist abblasen; absagen; anbsetzen
hold up abblasen; absagen; anbsetzen hinhalten; hochhalten; überfallen; überrumpeln
postpone abblasen; absagen; anbsetzen aufschieben; ausrutschen; fallen; glitschen; hinausschieben; rutschen; verlegen; verschieben; vertagen

Synoniemen voor "abblasen":


Wiktionary: abblasen

abblasen
verb
  1. (transitiv) so auf etwas blasen, dass es seinen ursprünglichen Platz verlässt