Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Zuversicht:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zuversicht (Duits) in het Engels

Zuversicht:

Zuversicht [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zuversicht (Unterstützung; Stütze; Hilfe; )
    the anchor; the mainstay; the crutch
    • anchor [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mainstay [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crutch [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zuversicht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anchor Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht Anker; Objektanker; Textmarke
crutch Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht
mainstay Anhaltspunkt; Entlastung; Halt; Hilfe; Stütze; Unterstützung; Zuversicht Kolonne
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anchor anbinden; ankern; anketten; anlegen; befestigen; einhaken; festbinden; festmachen; heften; verankern

Synoniemen voor "Zuversicht":


Wiktionary: Zuversicht

Zuversicht
noun
  1. der feste Glaube daran, dass etwas Positives geschehen wird
Zuversicht
noun
  1. expression or feeling of certainty
  2. self-assurance
  3. a tendency to expect the best

Cross Translation:
FromToVia
Zuversicht hope espoir — Le fait d’espérer. — usage Pour ce sens, ce mot est rare au pluriel ; on le dit pourtant quelquefois dans la poésie et dans le style soutenu.
Zuversicht hope espéranceaction d’espérer ou résultat de cette action. Se différencie du synonyme "espoir" qui s'inscrit dans le quotidien humain, matériel par sa dimension escathologique.