Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Vorratsschrank

Vertaal Vorratsschrank van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Vorratsschrank:
- larder; pantry; store; depot; warehouse

Duits

Uitgebreide vertaling voor Vorratsschrank (Duits) in het Engels

Vorratsschrank:

Vorratsschrank [der ~] zelfstandig naamwoord

der Vorratsschrank (Speiseschrank)
the larder
- larder [the ~] zelfstandig naamwoord
der Vorratsschrank (Speiseschrank)
the pantry; the larder; the store; the warehouse
- pantry [the ~] zelfstandig naamwoord
- larder [the ~] zelfstandig naamwoord
- store [the ~] zelfstandig naamwoord
- warehouse [the ~] zelfstandig naamwoord
the depot
– a depository for goods ¹
- depot [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Vorratsschrank:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
depot	Speiseschrank; Vorratsschrank	Bahnhof; Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Gewehrmagazin; Großhandelsgebäude; Haltestelle; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerpaltz; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Rundfunkstation; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager
larder	Speiseschrank; Vorratsschrank
pantry	Speiseschrank; Vorratsschrank
store	Speiseschrank; Vorratsschrank	Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Gewehrmagazin; Großhandelsgebäude; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerpaltz; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager
warehouse	Speiseschrank; Vorratsschrank	Deponie; Depot; Geschäft; Geschäfte; Gewehrmagazin; Großhandelsgebäude; Güterschuppen; Kaufhaus; Lager; Lagerhaus; Lagerort; Lagerpaltz; Lagerplatz; Lagerraum; Magazin; Niederlage; Sammelplatz; Speicher; Vorratslager; Warenhaus; Warenlager
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
store		ablegen; abschießen; abstellen; archivieren; auf die Seite legen; aufbewahren; aufheben; beiseite legen; bergen; betten; bewahren; deponieren; einstallen; einstellen; fortsetzen; hamstern; hinlegen; horten; in den Stall bringen; lagern; speichern; unterstellen; weglegen; wegräumen; wegschließen; zurücklegen

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University