Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Unpäßlichkeit

Vertaal Unpäßlichkeit van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Unpäßlichkeit:
- nastyness; ghastliness; parsimony; horridness; nausea; sickness; illness; rottenness

Duits

Uitgebreide vertaling voor Unpäßlichkeit (Duits) in het Engels

Unpäßlichkeit:

Unpäßlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Unpäßlichkeit (Übelkeit)
the nastyness; the ghastliness; the parsimony; the horridness
- nastyness [the ~] zelfstandig naamwoord
- ghastliness [the ~] zelfstandig naamwoord
- parsimony [the ~] zelfstandig naamwoord
- horridness [the ~] zelfstandig naamwoord
die Unpäßlichkeit (Unwohlsein; Menstruation; Periode; Regel)
the nausea; the sickness; the illness; the rottenness
- nausea [the ~] zelfstandig naamwoord
- sickness [the ~] zelfstandig naamwoord
- illness [the ~] zelfstandig naamwoord
- rottenness [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Unpäßlichkeit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ghastliness	Unpäßlichkeit; Übelkeit
horridness	Unpäßlichkeit; Übelkeit	Abscheulichkeit
illness	Menstruation; Periode; Regel; Unpäßlichkeit; Unwohlsein	Krankheit; Leiden; Übel
nastyness	Unpäßlichkeit; Übelkeit
nausea	Menstruation; Periode; Regel; Unpäßlichkeit; Unwohlsein
parsimony	Unpäßlichkeit; Übelkeit	Kargheit; Spärlichkeit; Ärmlichkeit
rottenness	Menstruation; Periode; Regel; Unpäßlichkeit; Unwohlsein	Fäule; Fäulnis; Ranzigkeit
sickness	Menstruation; Periode; Regel; Unpäßlichkeit; Unwohlsein