Duits

Uitgebreide vertaling voor Spirituosen (Duits) in het Engels

Spirituosen:

Spirituosen [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Spirituosen (Alkohol; Schnaps; Gebräu; Sprit; Spirituose)
    the liquor; the alcohol; the booze; the beverage; the alcoholic liquors; the alcoholics; the spirits; the hard liquor; the strong drink; the drink; the bracers; the liquors
  2. die Spirituosen (Getränk; Schnapps; Gebräu)
    the liquor; the spirits
    • liquor [the ~] zelfstandig naamwoord
    • spirits [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Spirituosen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alcohol Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Alkohol
alcoholic liquors Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
alcoholics Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
beverage Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Getränk
booze Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
bracers Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
drink Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Schluck; Zug
hard liquor Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
liquor Alkohol; Gebräu; Getränk; Schnapps; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Spirituose; destilliertes Alkoholgetränk
liquors Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit
spirits Alkohol; Gebräu; Getränk; Schnapps; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Branntwein; Spiritus
strong drink Alkohol; Gebräu; Schnaps; Spirituose; Spirituosen; Sprit Brabbelwasser
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
booze bürsten; saufen; sich besaufen
drink Alhohol trinken; Schnapstrinken; austrinken; leer trinken; leeren; saufen; sich besaufen; trinken