Spion in het Engels vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Spion:
- reflector; cat's eye; peep-hole; observation-hole; spy-hole; loop-hole; Judas-hole; informer; police spy; spy
Wiktionary:
- Spion → spy, mole, peephole
- Spion → spy, spook, mole

Duits

Uitgebreide vertaling voor Spion (Duits) in het Engels

der Spion (Reflektor)
the reflector; the cat's eye
- reflector [the ~] zelfstandig naamwoord
- cat's eye [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spion (Katzenauge)
the cat's eye
- cat's eye [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spion (Guckloch; Gucklöcher)
the peep-hole; the observation-hole; the spy-hole; the loop-hole; the Judas-hole
- peep-hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- observation-hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- spy-hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- loop-hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- Judas-hole [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spion (Spitzel; Zuträger)
the informer; the police spy; the spy
- informer [the ~] zelfstandig naamwoord
- police spy [the ~] zelfstandig naamwoord
- spy [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Judas-hole	Guckloch; Gucklöcher; Spion
cat's eye	Katzenauge; Reflektor; Spion	Guckloch
informer	Spion; Spitzel; Zuträger	Anzeiger; Berichterstatter; Denunziant; Der einen Himweis gibt; Die einen Himweis gibt; Informant; Journalist; Kommentator; Korrespondent; Petzer; Redner; Schnüffler; Spitzel; Sprecher; Sprecherin; Wortführer; Wortführerin; Zuträger
loop-hole	Guckloch; Gucklöcher; Spion
observation-hole	Guckloch; Gucklöcher; Spion
peep-hole	Guckloch; Gucklöcher; Spion
police spy	Spion; Spitzel; Zuträger
reflector	Reflektor; Spion	Glaswaren; Glaswerk; Gläser; Lampenglas; Reflektor; Spiegelglas; Spiegelteleskop
spy	Spion; Spitzel; Zuträger	Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling
spy-hole	Guckloch; Gucklöcher; Spion
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spy		Spionage treiben; heimlich schauen; lauern; schnüffeln; spionieren

Spion

noun

Militär: ein heimlicher, unerkannter Beobachter, der die gegnerische Seite auszukunden hat
- Spion → spy

Spion

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Spion	→ spy; spook	↔ espion — Personne qui espionne
• Spion	→ mole	↔ taupe — Espion infiltré.