Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Selbstwert:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Selbstwert (Duits) in het Engels

Selbstwert:

Selbstwert [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Selbstwert (Selbstachtung; Eigenwert)
    the self esteem; the self respect
  2. der Selbstwert
    the self-respects

Vertaal Matrix voor Selbstwert:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
self esteem Eigenwert; Selbstachtung; Selbstwert Ehre; Selbstachtung
self respect Eigenwert; Selbstachtung; Selbstwert Ehre; Selbstachtung
self-respects Selbstwert

Synoniemen voor "Selbstwert":


Wiktionary: Selbstwert

Selbstwert
noun
  1. value one assigns to oneself