Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Reservespieler

Vertaal Reservespieler van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Reservespieler:
- substitute; switch; replacement; sub

Duits

Uitgebreide vertaling voor Reservespieler (Duits) in het Engels

Reservespieler:

Reservespieler [der ~] zelfstandig naamwoord

der Reservespieler (Ersatzspieler; Kommutator; Ersatzmann)
the substitute; the replacement; the sub
- substitute [the ~] zelfstandig naamwoord
- replacement [the ~] zelfstandig naamwoord
- sub [the ~] zelfstandig naamwoord
the switch
– an event in which one thing is substituted for another ¹
- switch [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Reservespieler:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
replacement	Ersatzmann; Ersatzspieler; Kommutator; Reservespieler	Abgeordnete; Aushilfe; Auswechslung; Beauftragte; Delegierte; Ersatz; Ersatzkraft; Ersatzmann; Hilfsarbeiter; Springer; Stellvertretender; Stellvertreter; Stellvertretung; Substitution; Vertreter; Vertretung; Wiedereinsetzung
sub	Ersatzmann; Ersatzspieler; Kommutator; Reservespieler
substitute	Ersatzmann; Ersatzspieler; Kommutator; Reservespieler	Abgeordnete; Aushilfe; Auswechslung; Beauftragte; Delegierte; Ersatz; Ersatzkraft; Ersatzmann; Ersatzmittel; Ersatzprodukt; Ersatzspielerin; Hilfsarbeiter; Notbehelf; Reservespielerin; Reservist; Springer; Stellvertretender; Stellvertreter; Stellvertreterin; Substitut; Substitution; Surrogat; Vertreter; Vertretung; Weiche
switch	Ersatzmann; Ersatzspieler; Kommutator; Reservespieler	Abwechseln; Auswechselung; Auswechslung; Eisenbahnweiche; Knopf; Schalter; Stromwechseler; Stromwender; Switch; Tausch; Umschalter; Umtausch; Umwechslung; Vertauschung; Wechsel; Weiche
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
substitute		abtragen; auswechseln; einfallen; einspringen; erneuern; erneutaufstellen; erneutunterbringen; ersetzen; ersetzt; innovieren; stellvertreten; tilgen; vertreten
switch		abwandeln; abwechseln; abändern; amendieren; anfertigen; ausbauen; auswirken; bilden; einen anderen Gang einlegen; eintauschen; einwechseln; entarten; entfalten; entstehen; erschaffen; flattern; schalten; tauschen; umtauschen; umwandeln; umwechseln; umändern; variieren; verfertigen; vertauschen; verwechseln; verändern; wechseln; ändern
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
substitute		fungierend; stellvertretend

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University