Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Recht

Vertaal Recht van Duits naar Engels

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Recht:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Recht (Duits) in het Engels

Recht:

Recht [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Recht (Gerechtigkeit)
    the right
    • right [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. Recht (Gerechtigkeit)
    the right; the justice; the righteousness
  3. Recht (Gerechtigkeit)
    the justice
    • justice [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. Recht (Gewohnheitsrecht; Anspruch; Berechtigung; Ungeschriebenes Gesetz)
    the common law; the customary law; the unwritten law
  5. Recht (Besitztum; Eigentum)
    the possession; the property; the ownership; the assets; the commodities
  6. Recht
    the privilege
    – A user's right to perform a specific task, usually one that affects an entire computer system rather than a particular object. Privileges are assigned by administrators to individual users or groups of users as part of the security settings for the computer. 1

Vertaal Matrix voor Recht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
assets Besitztum; Eigentum; Recht Besitz; Besitztum; Eigentum; Ersparnis; Guthaben; Habe; Kredit
commodities Besitztum; Eigentum; Recht Güter; Handelsgüter; Handelsware; Kaufware; Ware
common law Anspruch; Berechtigung; Gewohnheitsrecht; Recht; Ungeschriebenes Gesetz
customary law Anspruch; Berechtigung; Gewohnheitsrecht; Recht; Ungeschriebenes Gesetz Gewohnheitsrecht
justice Gerechtigkeit; Recht Gerechtigkeit; Gerichtsbarkeit; Jurisdiktion; Rechtsprechung
ownership Besitztum; Eigentum; Recht Besitz; Eigentum an Gütern; Rechtstitel
possession Besitztum; Eigentum; Recht Besitz; Besitztum; Eigentum
privilege Recht Bevorrechtung; Privileg; Privilegien des Abgeordneten; Vorrecht
property Besitztum; Eigentum; Recht Besitz; Besitztum; Charaktereigenschaft; Charakteristik; Eigenschaft; Eigentum; Ersparnis; Guthaben; Habe; Kredit
right Gerechtigkeit; Recht
righteousness Gerechtigkeit; Recht
unwritten law Anspruch; Berechtigung; Gewohnheitsrecht; Recht; Ungeschriebenes Gesetz Angewohnheit; Brauch; Gepflogenheit; Gewohnheit; Sitte; Tradition; Volksbrauch; Volkssitte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
privilege begünstigen; bevorzugen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
right rechts abbiegen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
right akkurat; angemessen; anständig; auf der rechten Seite; aufrichtig; eben; eben noch; ehrenwert; ehrlich; einverstanden; einwandfrei; fair; geeignet; genau; gerade; gerade eben; gerecht; gewissenhaft; geziemend; gründlich; gut; haargenau; in Ordnung; korrekt; minuziös; passend; peinlich genau; prezies; recht; rechts; redlich; richtig; schicklich; soeben; tadellos; wahr

Synoniemen voor "Recht":


Wiktionary: Recht

Recht
noun
  1. ohne Plural: ein Anspruch, der nach dem Rechtsempfinden der Menschen und der Rechtsordnung gerecht und richtig ist
  2. Recht im subjektiven Sinn: Befugnis einer Person, etwas zu tun oder zu unterlassen, die sich aus dem Recht im objektiven Sinn ableiten lässt
  3. Recht im objektiven Sinn: staatlich festgelegte und anerkannte Ordnung des menschlichen Zusammenlebens, deren Einhaltung durch staatlich organisierten Zwang garantiert wird
    • Recht → law
Recht
noun
  1. body of rules and standards to be applied by courts
  2. body of rules from the legislative authority
  3. legal or moral entitlement
Cross Translation:
FromToVia
• Recht → right ↔ gelijk — juistheid, recht
• Recht → law; right; entitlement ↔ droit — philosophie|fr fondement des règles, des codes, qui régissent les rapports des hommes dans la société.

Verwante vertalingen van Recht







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0300 seconde
Page rendered in 1.0 seconds