Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Prahlerei

Vertaal Prahlerei van Duits naar Engels

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Prahlerei:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Prahlerei (Duits) in het Engels

Prahlerei:

Prahlerei [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Prahlerei (Prunk; Geckenhaftigkeit; Geckerei)
    the vanity; the frivolousness; the frivolity; the flightiness
  2. die Prahlerei (Angeberei; Protzerei; Bluff; )
    the bragging; the tub-thumping; the boasting
  3. die Prahlerei (Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Windmacherei; Großtuerei)
    the bravado; the brag; the bragging; the boast; the boasting; the swank; the bold; the tall talk
    • bravado [the ~] zelfstandig naamwoord
    • brag [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bragging [the ~] zelfstandig naamwoord
    • boast [the ~] zelfstandig naamwoord
    • boasting [the ~] zelfstandig naamwoord
    • swank [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bold [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tall talk [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Prahlerei:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boast Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei
boasting Angabe; Angeberei; Aufschneiderei; Bluff; Flunkerei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Protzerei; Windmacherei Bravour
bold Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei
brag Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei
bragging Angabe; Angeberei; Aufschneiderei; Bluff; Flunkerei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Protzerei; Windmacherei
bravado Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei
flightiness Geckenhaftigkeit; Geckerei; Prahlerei; Prunk Leichtsinn; Leichtsinnigkeit; Oberflächlicheit; Oberflächlichkeit; Unbesonnenheit
frivolity Geckenhaftigkeit; Geckerei; Prahlerei; Prunk Leichtsinn; Leichtsinnigkeit; Oberflächlicheit; Oberflächlichkeit; Unbesonnenheit
frivolousness Geckenhaftigkeit; Geckerei; Prahlerei; Prunk Leichtsinn; Leichtsinnigkeit; Oberflächlicheit; Oberflächlichkeit; Unbesonnenheit
swank Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei Angabe; Angeber; Angeberei; Anstellerei; Aufschneiderei; Draufgämger; Flunkerei; Großsprecherei; Großtuer; Großtuerei; Schneid; Wagehals; Wagemut; Windmacherei; Ziererei
tall talk Angeberei; Aufschneiderei; Großtuer; Großtuerei; Prahlerei; Windmacherei
tub-thumping Angabe; Angeberei; Aufschneiderei; Bluff; Flunkerei; Prahlerei; Protzerei
vanity Geckenhaftigkeit; Geckerei; Prahlerei; Prunk Hochmut; Stolz
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boast angeben; aufgeben; aufreißen; aufschlagen; aufschneiden; auftragen; bedienen; bluffen; große Redeführen; großeRedeführen; häufen; kleinmachen; prahlen; rühmen; schneiden; servieren; sich brüsten; sich mit etwas brüsten; sichbedienen; tönen; verschnippeln; zerkleinern; zerstückeln
brag angeben; aufgeben; aufreißen; aufschlagen; aufschneiden; auftragen; bedienen; bluffen; großeRedeführen; häufen; kleinmachen; prahlen; schneiden; servieren; sich brüsten; sichbedienen; tönen; verschnippeln; zerkleinern; zerstückeln
swank angeben; aufschneiden; großeRedeführen; prahlen; sich brüsten
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bold aufrecht; beherzt; brav; brutal; dreist; eiskalt; entschieden; entschlossen; fett; flegelhaft; frech; freimütig; furchtlos; gewagt; gewaltsam; gewalttätig; grausam; grob; gräßlich; heldenhaft; heldenmütig; heroisch; kaltblütig; keck; kühn; mannhaft; mutig; onverfroren; rotzfrech; schamlos; schlimm; schneidig; stark; stattlich; stolz; taktlos; tapfer; unangenehm; unanständig; unartig; unerschrocken; ungehörig; ungesittet; ungezogen; unhöflich; unmanierlich; unpassend; unschicklich; unverschämt; unverzagt; wagemutig; zudringlich
bragging angeberisch; aufschneiderisch; dicktuerisch; großsprecherisch; prahlerisch; protzend
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boasting angeberisch; aufschneiderisch; dicktuerisch; großsprecherisch; prahlerisch; protzend

Synoniemen voor "Prahlerei":


Wiktionary: Prahlerei

Prahlerei
noun
  1. display of excessive show in an attempt to impress others
Cross Translation:
FromToVia
• Prahlerei → sly joke; fib; porky; humbug ↔ blague — Vessie ou petit sachet de grosse toile, de pélican ou de peau dans lequel les fumeurs mettent le tabac dont ils font usage.

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0414 seconde
Page rendered in 1.0 seconds