Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Plaster (Duits) in het Engels

Plaster:

Plaster [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Plaster (Heftpflaster; Kleifplaster)
    the plaster; the adhesive plaster; the elastoplast; the sticking plaster

Vertaal Matrix voor Plaster:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
adhesive plaster Heftpflaster; Kleifplaster; Plaster
elastoplast Heftpflaster; Kleifplaster; Plaster
plaster Heftpflaster; Kleifplaster; Plaster Gips; Kalk; Putz; Schotter; Split; Steinschlag; Steinschläge; Stuck
sticking plaster Heftpflaster; Kleifplaster; Plaster
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plaster anschmieren; beklecksen; beschmieren; bewerfen; kalken; lästern; stukadoren; verläumden; verputzen