Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Paßgang:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Paßgang (Duits) in het Engels

Paßgang:

Paßgang [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Paßgang
    the ambling gait; the amble; the pace
    • ambling gait [the ~] zelfstandig naamwoord
    • amble [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pace [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Paßgang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amble Paßgang
ambling gait Paßgang
pace Paßgang Galopp; Gang eines Pferdes; Schritt; Trab
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
amble bummeln; herumschlendern; schlendern; spazieren; spazierengehen
pace bummeln; gehen; schlendern; spazieren; spazierengehen; trödeln; wandeln