Müll in het Engels vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Müll:
- garbage; household refuse; trash; rubbish; skin eruption
Wiktionary:
- Müll → waste, garbage, landfill, junk, refuse, rubbish, trash
- Müll → rubbish
- Müll → trash, debris, rubbish, rubble, detritus, waste

Duits

Uitgebreide vertaling voor Müll (Duits) in het Engels

der Müll (Abfall)
the garbage; the household refuse; the trash; the rubbish
- garbage [the ~] zelfstandig naamwoord
- household refuse [the ~] zelfstandig naamwoord
- trash [the ~] zelfstandig naamwoord
- rubbish [the ~] zelfstandig naamwoord
der Müll (Flechte; Ausschlag; Ergebnis; Resultat; Endergebnis; Erfolg; Meltau; Pflanzenerde; Schimmel; Schimmelpilze; Fäule; Torfmull; Juckflechte; Ackerkrume; Zielscheibe; Grieben)
the skin eruption
- skin eruption [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
garbage	Abfall; Müll
household refuse	Abfall; Müll
rubbish	Abfall; Müll	Abfall; Blödsinn; Bruch; Firlefanz; Gefasel; Geklatsch; Geleier; Geplapper; Gequatsch; Gerede; Geschwafel; Geschwätz; Getratsch; Klatschen; Koller; Kram; Larifari; Quatsch; Rommel; Rückständigkeit; Schund; Schutt; Schwachsinnigkeit; Schwatz; Schwatzerei; Schweinerei; Torheit; Trümmer; Unsinn; Unsinnigkeit; Wahnsinn; Zurückgebliebenheit; dummes Zeug
skin eruption	Ackerkrume; Ausschlag; Endergebnis; Erfolg; Ergebnis; Flechte; Fäule; Grieben; Juckflechte; Meltau; Müll; Pflanzenerde; Resultat; Schimmel; Schimmelpilze; Torfmull; Zielscheibe
trash	Abfall; Müll	Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Kitsch; Kram; Krempel; Krimskrams; Rommel; Schnickschnack; Schund; Schweinerei; Zeug; wertlose Zeuge; wertloses Zeug
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
trash		durchprügeln; verprügeln; zusammenschlagen
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
rubbish		etwas wertloses

Abfall; Ausschuss; Hausabfall; Kehricht; Schrott; Unrat
Dreck; Schmutz
Geraffel; Gerümpel; Gesumsel; Graffel; Grusch; Kladderadatsch; Klimbim; Klumpert; Klüngel; Kram; Kramuri; Krempel; Krimskrams; Krusch; Mist; Nippes; Plunder; Ramsch; Sammelsurium; Trödel; Zeug; Zinnober; nicht lebendes Objekt; unbelebtes Objekt

Müll

noun

Müll

noun

interjection

Cross Translation:

From	To	Via
• Müll	→ trash	↔ vuilnis — materiaal dat weggeworpen wordt
• Müll	→ debris; rubbish; rubble; detritus; trash; waste	↔ débris — reste d’une chose brisée ou en partie détruire.
• Müll	→ trash; rubbish	↔ poubelle — Ensemble des ordures