Hoheit in het Engels vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Hoheit:
- dignitary; eminence; greatness; highness; loftiness; monarch; king; supreme authority; sovereign authority
- monarch; sovereign; ruler
Wiktionary:
- Hoheit → Highness

Duits

Uitgebreide vertaling voor Hoheit (Duits) in het Engels

die Hoheit (Würdenträger; Stattlichkeit; Hoheitsträger)
the dignitary; the eminence; the greatness; the highness; the loftiness
- dignitary [the ~] zelfstandig naamwoord
- eminence [the ~] zelfstandig naamwoord
- greatness [the ~] zelfstandig naamwoord
- highness [the ~] zelfstandig naamwoord
- loftiness [the ~] zelfstandig naamwoord
die Hoheit (Monarch; König; Herrscher; Majestät; Fürst; Gebieter; Herr)
the monarch; the king
- monarch [the ~] zelfstandig naamwoord
- king [the ~] zelfstandig naamwoord
die Hoheit (höchsten Autorität)
the supreme authority; the sovereign authority
- supreme authority [the ~] zelfstandig naamwoord
- sovereign authority [the ~] zelfstandig naamwoord

der Hoheit (Majestät; Fürst; Herrscher)
the monarch; the sovereign; the ruler
- monarch [the ~] zelfstandig naamwoord
- sovereign [the ~] zelfstandig naamwoord
- ruler [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dignitary	Hoheit; Hoheitsträger; Stattlichkeit; Würdenträger	Hoheitsträger; Würdenträger; angesehene Person
eminence	Hoheit; Hoheitsträger; Stattlichkeit; Würdenträger	Großartigkeit; Hochgeehrte; Perfektion; Qualität; Vollkommenheit; Vollständigkeit; Vortrefflichkeit
greatness	Hoheit; Hoheitsträger; Stattlichkeit; Würdenträger
highness	Hoheit; Hoheitsträger; Stattlichkeit; Würdenträger
king	Fürst; Gebieter; Herr; Herrscher; Hoheit; König; Majestät; Monarch	Fürst; Gebieter; Herr; Herrscher; König
loftiness	Hoheit; Hoheitsträger; Stattlichkeit; Würdenträger
monarch	Fürst; Gebieter; Herr; Herrscher; Hoheit; König; Majestät; Monarch
ruler	Fürst; Herrscher; Hoheit; Majestät	Autorität; Führer; Fürst; Gebieter; Gewalthaber; Gewaltherrscher; Herr; Herrscher; König; Lineal; Regierende
sovereign	Fürst; Herrscher; Hoheit; Majestät	Fürstin; Kaiserin
sovereign authority	Hoheit; höchsten Autorität
supreme authority	Hoheit; höchsten Autorität
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
sovereign		souverän

Hoheit

noun

Hoheit

noun