Duits

Uitgebreide vertaling voor Hindern (Duits) in het Engels

Hindern:

Hindern [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Hindern (Behindern)
    the impeding; the hampering; the interfering with
  2. Hindern (Abhalten)
    the preventing; the barring; the putting off; the stopping

Vertaal Matrix voor Hindern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barring Abhalten; Hindern
hampering Behindern; Hindern
impeding Behindern; Hindern
interfering with Behindern; Hindern
preventing Abhalten; Hindern
putting off Abhalten; Hindern Abwimmeln
stopping Abhalten; Hindern Aufhören; Ausscheiden; Füllsel; Füllstoff; Füllung; Stopfen; Verschweigen; Zustopfen; stil halten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stopping stoppen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
barring ausschließlich; es sei denn; es wäre denn

Computer vertaling door derden: