Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Hüter:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hüter (Duits) in het Engels

Hüter:

Hüter [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hüter (Wächter)
    the guard; the watchman
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Hüter (Wachtposten; Wache; Posten; )
    the guard
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Hüter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guard Ausguck; Hüter; Posten; Schildwache; Wache; Wachstube; Wachtposten; Wächter; Wärter Aufpasser; Aufseher; Bahnräumer; Begleitung; Garde; Portier; Posten; Wache; Wache haben; Wächter; Wärter
watchman Hüter; Wächter Aufpasser; Aufseher; Portier; Torwächter; Wächter; Wärter
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guard Schutz bieten; abschirmen; achtgeben; aufpassen; beaufsichtigen; behüten; beschützen; bewachen; bewahren; erhalten; hegen; hüten; hüten vor; schutzen; schützen; sichern; sicherstellen; wachen; wachen über; wahren

Synoniemen voor "Hüter":


Wiktionary: Hüter

Hüter
noun
  1. A person entrusted with the custody or care
  2. someone who watches over or guides

Cross Translation:
FromToVia
Hüter guardian; guard; watchman; warden; warder; marshal; ranger gardienpersonne qui garder, qui surveiller, qui défendre.