Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Glasur:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Glasur (Duits) in het Engels

Glasur:

Glasur [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Glasur (Guß)
    the enamel; the glazing
    • enamel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • glazing [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Glasur
    the frosting
    – a flavored sugar topping used to coat and decorate cakes 1
    • frosting [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Glasur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enamel Glasur; Guß Zahnschmelz
frosting Glasur Vermattung
glazing Glasur; Guß Glas einsetzen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enamel munkeln; murmeln

Synoniemen voor "Glasur":


Wiktionary: Glasur

Glasur
noun
  1. ein Überzug auf Keramiken z. B. Porzellan, der oft durchsichtig und spröde ist
Glasur
noun
  1. sweet glaze used for baked goods
  2. coating on pottery