Gäste in het Engels vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Gäste:
- guest; customers; visitors; clients; patrons; overnight guest; night guest; guest for the night; clientele; patronage

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gäste (Duits) in het Engels

die Gäste (Eingeladene; Gast; Besuch; Logiergast; Besucher; Hausgast; Tischgast)
the guest
- guest [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gäste (Besucher; Klientel; Kundschaft; Kundenkreis)
the customers; the visitors; the clients; the patrons
- customers [the ~] zelfstandig naamwoord
- visitors [the ~] zelfstandig naamwoord
- clients [the ~] zelfstandig naamwoord
- patrons [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gäste (Besucher; Gast; Logiergast; Hausgast; Eingeladene; Besuch)
the guest; the overnight guest; the night guest; the guest for the night
- guest [the ~] zelfstandig naamwoord
- overnight guest [the ~] zelfstandig naamwoord
- night guest [the ~] zelfstandig naamwoord
- guest for the night [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gäste (Kundschaft; Klientel; Kundenkreis)
the clientele; the customers; the patronage; the clients; the patrons
- clientele [the ~] zelfstandig naamwoord
- customers [the ~] zelfstandig naamwoord
- patronage [the ~] zelfstandig naamwoord
- clients [the ~] zelfstandig naamwoord
- patrons [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
clientele	Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft	Kundenkreis; Kundschaft
clients	Besucher; Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft
customers	Besucher; Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft	Kunden; Kundenkreis; Kundschaft
guest	Besuch; Besucher; Eingeladene; Gast; Gäste; Hausgast; Logiergast; Tischgast	Gast
guest for the night	Besuch; Besucher; Eingeladene; Gast; Gäste; Hausgast; Logiergast
night guest	Besuch; Besucher; Eingeladene; Gast; Gäste; Hausgast; Logiergast
overnight guest	Besuch; Besucher; Eingeladene; Gast; Gäste; Hausgast; Logiergast
patronage	Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft	Beschützung; Dienst; Geborgenheit; Gefälligkeit; Gunst; Kundenkreis; Kundschaft; Mäzenatentum; Protrektion; Schenkung; Schutz; Sicherheit; Sold; Spende; Stelle; Stiftung; Zuwendung
patrons	Besucher; Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft	Arbeitgeber; Chefs; Schutzheiligen
visitors	Besucher; Gäste; Klientel; Kundenkreis; Kundschaft	Aufwartung; Besuch