Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Fangen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fangen (Duits) in het Engels

Fangen:

Fangen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Fangen (Fangspiel)
    the tag
    • tag [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Fangen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tag Fangen; Fangspiel Aufkleber; Etikett; Label; Markierung; Notiztag; Plakatkleber; RFID-Transponder; Schlaufe; Schlaufenbogen; Schleife; Schlinge; Sticker; Tag; Zickzackkurve
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tag Markierung; anrühren; antupfen; berühren; leicht berühren; markieren; streifen; tippen; tupfen

Wiktionary: Fangen

Fangen
noun
  1. die Tätigkeit, etwas oder jemanden zu fangen
Fangen
noun
  1. game

Verwante vertalingen van Fangen