Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Besserung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Besserung (Duits) in het Engels

Besserung:

Besserung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Besserung
    the recuperation
  2. die Besserung (Genesung; Heilung; Gesundung)
    the recovery; the recuperation; the healing; the getting well; the return to health

Vertaal Matrix voor Besserung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
getting well Besserung; Genesung; Gesundung; Heilung
healing Besserung; Genesung; Gesundung; Heilung Heilung; Sanierung
recovery Besserung; Genesung; Gesundung; Heilung Ausbesserung; Einforderung; Einkassieren; Forderung; Reparatur; Reparaturarbeit; Restauration; Wiederaufblühung; Wiederauflebung; Wiedereroberung; Wiederherstellung
recuperation Besserung; Genesung; Gesundung; Heilung
return to health Besserung; Genesung; Gesundung; Heilung
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
healing heilkräftig

Synoniemen voor "Besserung":


Wiktionary: Besserung

Besserung
noun
  1. die Verbesserung
  2. das Besserwerden; meist des Gesundheitszustandes
Besserung
noun
  1. act of making better

Cross Translation:
FromToVia
Besserung improvement amélioration — Action de prendre quelque chose pour le transformer en le rendant meilleur