Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Büsche

Vertaal Büsche van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Büsche:
- bunches; bundles; bushes; shrubs
- shrubs; thicket; hedge; bush; grove; privet

Duits

Uitgebreide vertaling voor Büsche (Duits) in het Engels

Büsche:

Büsche [die ~] zelfstandig naamwoord

die Büsche (Bündel; Sträucher)
the bunches; the bundles
- bunches [the ~] zelfstandig naamwoord
- bundles [the ~] zelfstandig naamwoord
die Büsche (Sträucher; Strauchwerk)
the bushes; the shrubs
- bushes [the ~] zelfstandig naamwoord
- shrubs [the ~] zelfstandig naamwoord

Büsche [der ~] zelfstandig naamwoord

der Büsche (Sträucher)
the shrubs
- shrubs [the ~] zelfstandig naamwoord
der Büsche (Unterholz; Busch; Gesträuch; Holz; Dickicht; Gestrüpp; Gebüsch; Gehölz)
the thicket; the shrubs; the hedge; the bush; the grove; the privet
- thicket [the ~] zelfstandig naamwoord
- shrubs [the ~] zelfstandig naamwoord
- hedge [the ~] zelfstandig naamwoord
- bush [the ~] zelfstandig naamwoord
- grove [the ~] zelfstandig naamwoord
- privet [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Büsche:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bunches	Bündel; Büsche; Sträucher
bundles	Bündel; Büsche; Sträucher
bush	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Unterholz	Busch; Dickicht; Dschungel; Gebüsch; Gestrüpp; Urwald
bushes	Büsche; Strauchwerk; Sträucher	Busch; Büschel; Gebüsch; Hölzer; Kopf; Staude; Strauch; Unterholz
grove	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Unterholz
hedge	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Unterholz	Hag; Hecke; Liguster; Spalier; Zaun
privet	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Unterholz	Dickicht; Gebüsch; Gestrüpp
shrubs	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Strauchwerk; Sträucher; Unterholz	Dickicht; Gebüsch; Gestrüpp; Hölzer; Unterholz
thicket	Busch; Büsche; Dickicht; Gebüsch; Gehölz; Gesträuch; Gestrüpp; Holz; Unterholz