Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Ausübung

Vertaal Ausübung van Duits naar Engels

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Ausübung:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausübung (Duits) in het Engels

Ausübung:

Ausübung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Ausübung (Verrichtung; Leistung; Arbeitsleistung; Vollziehung; Großtat)
    the performance
  2. die Ausübung
    the practise; the performance; the practice
    • practise [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • performance [the ~] zelfstandig naamwoord
    • practice [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
  3. die Ausübung (Leistung; Verrichtung; Arbeitsleistung; Vollziehung; Großtat)
    the achievement

Vertaal Matrix voor Ausübung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achievement Arbeitsleistung; Ausübung; Großtat; Leistung; Verrichtung; Vollziehung Errungenschaft; Leistung
performance Arbeitsleistung; Ausübung; Großtat; Leistung; Verrichtung; Vollziehung Aufführung; Auftritt; Bild; Bühne; Bühnenstück; Darstellung; Drama; Feier; Feierlichkeit; Festlichkeit; Glanz; Komödie; Leistung; Lustspiel; Schaubühne; Schauspiel; Spiel; Theater; Theaterabend; Theaterstück; Vorführung; Vorstellung; Zeremonie
practice Ausübung Anwendung; Ausbildung; Benutzung; Doktoren; Erfahrung; Fingerübung; Gebrauch; Geübtheit; Praxis; Routine; Schulung; Training; Verwendung; Übung
practise Ausübung Anwendung; Ausbildung; Benutzung; Doktoren; Erfahrung; Fingerübung; Gebrauch; Geübtheit; Praxis; Routine; Schulung; Training; Verwendung; Übung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
practice Sport treiben; anwenden; ausbilden; ausüben; benutzen; betreiben; bilden; einsetzen; einstudieren; einüben; entwickeln; exerzieren; gebrauchen; handhaben; hantieren; heranbilden; lernen; proben; repetieren; sichwiederholen; studieren; trainieren; treiben; verwenden; üben
practise Sport treiben; anwenden; ausbilden; ausüben; benutzen; betreiben; bilden; einsetzen; einstudieren; einüben; entwickeln; exerzieren; gebrauchen; handhaben; hantieren; heranbilden; lernen; proben; repetieren; sichwiederholen; studieren; trainieren; treiben; verwenden; üben

Synoniemen voor "Ausübung":

  • Geltendmachung

Wiktionary: Ausübung

Ausübung
noun
  1. an ongoing pursuit of a craft or profession







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0406 seconde
Page rendered in 1.0 seconds