Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Anspornung

Vertaal Anspornung van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Anspornung:
- encouragement; stimulation; encouraging; support; cheers; urging; urging on; help; stay; switching on; putting on; turning up; turning on; consolation; cheer

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anspornung (Duits) in het Engels

Anspornung:

Anspornung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Anspornung (Antreiben; Anfeuern; Anregen; Anspornen)
the encouragement; the stimulation; the encouraging; the support; the cheers; the urging; the urging on; the help; the stay; the switching on; the putting on; the turning up; the turning on
- encouragement [the ~] zelfstandig naamwoord
- stimulation [the ~] zelfstandig naamwoord
- encouraging [the ~] zelfstandig naamwoord
- support [the ~] zelfstandig naamwoord
- cheers [the ~] zelfstandig naamwoord
- urging [the ~] zelfstandig naamwoord
- urging on [the ~] zelfstandig naamwoord
- help [the ~] zelfstandig naamwoord
- stay [the ~] zelfstandig naamwoord
- switching on [the ~] zelfstandig naamwoord
- putting on [the ~] zelfstandig naamwoord
- turning up [the ~] zelfstandig naamwoord
- turning on [the ~] zelfstandig naamwoord
die Anspornung (Ermutigung; Ermunterung; Zuspruch)
the encouragement; the consolation; the cheer
- encouragement [the ~] zelfstandig naamwoord
- consolation [the ~] zelfstandig naamwoord
- cheer [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anspornung:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cheer	Anspornung; Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch	Applaus; Beifall; Freudengeschrei; Freudenruf; Freudenschrei; Jubelruf; Ovation
cheers	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Gejohle; Gejubel
consolation	Anspornung; Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch	Ermunterung; Ermutigung; Trost; Tröstung; Vertröstung; Zuspruch
encouragement	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch	Anfeuern; Anreizen; Antreiben; Ermunterung; Ermutigen; Ermutigung; Zuspruch
encouraging	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Anfeuern; Animieren; Anregen; Anreizen; Anspornen; Anstoßen; Antreiben
help	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Assistenz; Aushilfe; Bauernknecht; Beihilfe; Beistand; Dienst; Dienstleistung; Familienfürsorge; Familienhilfe; Fürsorge; Halt; Handreichung; Hilfe; Hilfeleistung; Hilfsmittel; Knecht; Kundendienst; Mithilfe; Onlinehilfe; Service; Sozialhilfe; Sozialhilferegelung; Stallknecht; Stütze; Unterstützung
putting on	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben
stay	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben
stimulation	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Anfeuern; Animieren; Anregen; Anregung; Anreiz; Anreizen; Ansporn; Anspornen; Anstoß; Anstoßen; Antreiben; Ermunterung; Ermutigen; Ermutigung; Impuls; Reiz; Stimulanz; Stimulation; Stimulierung; Triebkraft
support	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Anfeuern; Anhängen; Anreizen; Antreiben; Assistenz; Beihilfe; Beistand; Beköstigung; Dienst; Dienstleistung; Ermutigen; Fahrgestell; Familienhilfe; Fußgestell; Fürsorge; Gefälligkeit; Gestell; Gunst; Halt; Hilfe; Hilfeleistung; Kundendienst; Lebensunterhalt; Rückenstütze; Schenkung; Service; Sockel; Sold; Spende; Stelle; Stiftung; Strebe; Strebebalken; Strebepfeiler; Stütze; Support; Säulenfuß; Säulensockel; Träger; Untergestell; Unterhalt; Unterstützung; Verstrebung; Zuwendung
switching on	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben
turning on	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Anfeuern; Animieren; Anregen; Anreizen; Anspornen; Anstoßen; Antreiben
turning up	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Anfeuern; Anspornen; Antreiben
urging	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben	Andrag; Antrieb
urging on	Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cheer		beglücken; bejauchzen; bejubeln; bezaubern; entzücken; erfreuen; feiern; freuen; gefallen; jubeln; komplimentieren; reizen; scharmieren; verführen; verzaubern; zujauchzen; zujubeln
help		assistieren; avancieren; befördern; beistehen; beitragen; dienen; einspringen; gutes tun; helfen; mildtätig sein; mithelfen; sekundieren; stützen
stay		bleiben; dauern; erhalten; fortdauern; fortwähren; leben; logieren; sich aufhalten; stehenbleiben; verweilen; warten; wohnen; zögern; übernachten
support		abstützen; aktivieren; anregen; assistieren; aushalten; befürworten; beglaubigen; beistehen; bekräftigen; beleben; besiegeln; einstimmen; entlasten; ernähren; finanziell unterstützen; finanzieren; helfen; hervorrufen; im Stand erhalten; mithelfen; neubeleben; plädieren; sich einsetzen für; stützen; unterhalten; unterstützen; versorgen; von Meinung sein; wecken
urging		herandringen
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
encouraging		aufmunternd
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
cheers		Prosit; Prost
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
help		hilfe

Computer vertaling door derden: