Abtrennung in het Engels vertaald uit het Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Abtrennung:
- fence; partition; fencing; dividing wall; desertion; secretion; insulation; separation; isolation; splitting off
Wiktionary:
- Abtrennung → segregation, separation, detachment

Duits

Uitgebreide vertaling voor Abtrennung (Duits) in het Engels

Abtrennung:

Abtrennung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Abtrennung (Zaun; Gitter; Umzäunung; Gatter; Drahtgitter; Gitterzaun; Einzäunung; Vergitterung)
the fence; the partition; the fencing
- fence [the ~] zelfstandig naamwoord
- partition [the ~] zelfstandig naamwoord
- fencing [the ~] zelfstandig naamwoord
die Abtrennung (Trennung; Absonderung)
the partition; the dividing wall
- partition [the ~] zelfstandig naamwoord
- dividing wall [the ~] zelfstandig naamwoord
die Abtrennung (Desertition)
the desertion
- desertion [the ~] zelfstandig naamwoord
die Abtrennung (Isolierung; Absonderung; Trennung)
the secretion; the insulation; the separation; the isolation
- secretion [the ~] zelfstandig naamwoord
- insulation [the ~] zelfstandig naamwoord
- separation [the ~] zelfstandig naamwoord
- isolation [the ~] zelfstandig naamwoord
die Abtrennung (Abspaltung; Trennung; Absonderung)
the splitting off
- splitting off [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Abtrennung:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
desertion	Abtrennung; Desertition	Dalassen; Hinterlassen; Zurücklassen
dividing wall	Absonderung; Abtrennung; Trennung	Trennwand; Zwischenwand
fence	Abtrennung; Drahtgitter; Einzäunung; Gatter; Gitter; Gitterzaun; Umzäunung; Vergitterung; Zaun	Balustrade; Bauzaun; Bretterzaun; Bucht; Einzäunung; Gatter; Gittertür; Gitterumzäunung; Gitterzäune; Handler im gestohlener Waren; Hehler; Holzwall; Umgitterung; Umzäunung; Vergitterung; Zaun; vergitterung
fencing	Abtrennung; Drahtgitter; Einzäunung; Gatter; Gitter; Gitterzaun; Umzäunung; Vergitterung; Zaun	Abzaunung; Bauzaun; Begrenzung; Bretterzaun; Einzäunung; Gatter; Gitterumzäunung; Holzwall; Umgitterung; Umzäunung; Unterschlagung; Vergitterung; Veruntreuung; Zaun
insulation	Absonderung; Abtrennung; Isolierung; Trennung	Absonderung; Isolation 2; Isolierung
isolation	Absonderung; Abtrennung; Isolierung; Trennung	Absonderung; Isolation; Isolation 2; Isolierung; Vereinsamung
partition	Absonderung; Abtrennung; Drahtgitter; Einzäunung; Gatter; Gitter; Gitterzaun; Trennung; Umzäunung; Vergitterung; Zaun	Abdichten; Abschliessen; Bruch; Datenträgerpartition; Dichten; Einschnitt; Partition; Querschuß; Scheidung; Schliessen; Teilung; Trennung; Unterbrechung; Vernichtigung; Vertilgung; Zwischenmauer
secretion	Absonderung; Abtrennung; Isolierung; Trennung
separation	Absonderung; Abtrennung; Isolierung; Trennung	Bruch; Einschnitt; Scheidung; Teilung; Trennung; Unterbrechung
splitting off	Absonderung; Abspaltung; Abtrennung; Trennung
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fence		abgrenzen; abstecken; abzäunen; begrenzen; einhegen; einzäunen; fechten; festlegen; neppen; prellen; trassieren; umzäunen; übervorteilen

Synoniemen voor "Abtrennung":

Ablösung; Auftrennung; Lösung

Wiktionary: Abtrennung

Cross Translation:

From	To	Via
• Abtrennung	→ segregation	↔ ségrégation — action par laquelle on met quelqu’un ou quelque chose à part, on le séparer d’un tout, d’une masse.
• Abtrennung	→ separation; detachment	↔ séparation — action de séparer ou résultat de cette action.

Remove Ads

Vertaal Abtrennung van Duits naar Engels

Uitgebreide vertaling voor Abtrennung (Duits) in het Engels

Abtrennung:

Abtrennung [die ~] zelfstandig naamwoord

die Abtrennung (Zaun; Gitter; Umzäunung; Gatter; Drahtgitter; Gitterzaun; Einzäunung; Vergitterung)

die Abtrennung (Trennung; Absonderung)

die Abtrennung (Desertition)

die Abtrennung (Isolierung; Absonderung; Trennung)

die Abtrennung (Abspaltung; Trennung; Absonderung)

Vertaal Matrix voor Abtrennung:

Synoniemen voor "Abtrennung":

Wiktionary: Abtrennung