Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Überreichung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Überreichung (Duits) in het Engels

Überreichung:

Überreichung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Überreichung (Vorschlag; Anerbieten)
    the offer; the presentation; the delivery; the introduction

Vertaal Matrix voor Überreichung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
delivery Anerbieten; Vorschlag; Überreichung Abgabe; Ablieferung; Aufgabe; Ausgabe; Auslieferung; Beförderung; Besorgung; Bestellung; Deklamation; Einlieferung; Einschickung; Einsendung; Entbindung; Fassung; Folge; Geburt; Liefern; Lieferung; Referat; Sendung; Versand; Versandung; Versendung; Version; Vortrag; Vortragsweise; Zustellung
introduction Anerbieten; Vorschlag; Überreichung Ausdruck; Einführung; Einfühurngszeit; Einleitung; Einreichung; Exposition; Prolog; Speech; Ton; Vorspiel; Vortrag
offer Anerbieten; Vorschlag; Überreichung Angebot; Ansage; Gebot; Gelegenheitskauf; Offerte; Okkasion; Schnäppchen; Voranschlag; Vorschlag
presentation Anerbieten; Vorschlag; Überreichung Einreichung; Präsentation; Vorlage; Vortragsweise
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
offer anbieten; aufweisen; ausschreiben; belegen; beweisen; bieten; darbieten; darreichen; donieren; einreichen; erweisen; geben; gießen; herüberreichen; hinhalten; hinüberreichen; nachweisen; offerieren; präsentieren; reichen; schenken; sehen lassen; stiften; verschenken; versprechen; vorlegen; vorweisen; vorzeigen; weggeben; zeigen; zusagen

Synoniemen voor "Überreichung":