Overzicht
Duits naar Engels: Meer gegevens...
-
matt:
- matted; dusted; frosted; powdered; dull; listless; drained; languid; washed out; mat; misty; matt; weak; feeble; frail; pale; sick; faint; wan; dully; flat; lingering; languishing; sickly; ragged; wonky; ramshackle; wobbly; rickety; sluggish; indolent; lazy; dawdling; inert; limp; tardy; passive; dragging; drooping; slow; shuffling; inactive; slow of understanding; sallow; bland; faded; dim; lurid
- Wiktionary:
Engels naar Duits: Meer gegevens...
Duits
Uitgebreide vertaling voor matt (Duits) in het Engels
matt:
-
matt (mattiert; stumpf; glanzlos)
-
matt (nicht hell; dumpfig; stumpf; schwach; grau; hohl; blind; schlapp; schlaff; flau; beschlagen; farblos; glanzlos)
-
matt (lustlos; schlaff; freudlos; lahm; träge; schlapp)
listless; drained; languid; washed out-
listless bijvoeglijk naamwoord
-
drained bijvoeglijk naamwoord
-
languid bijvoeglijk naamwoord
-
washed out bijvoeglijk naamwoord
-
-
matt (glanzlos; beschlagen; grau; stumpf; trüb; dumpf; trübe; farblos; mattiert)
-
matt (bleich; farblos)
-
matt (kränklich; schlaff; schwach; schlapp; lustlos; schwächlich; lahm; kraftlos; hinfällig; hilflos; abgespannt; gebrechlich)
-
matt
-
matt (hinfällig; schwach)
lingering; languishing; sickly-
lingering bijvoeglijk naamwoord
-
languishing bijvoeglijk naamwoord
-
sickly bijvoeglijk naamwoord
-
-
matt (hinfällig; wackelig; schwach; schlapp; zart; baufällig; zerbrechlich; mürbe; wacklig; ruinös; empfindlich; fein; schlecht; empfindsam; dürftig; schlaff; marode; brüchig; gläsern; flau; grundlos; verderblich; gebrechlich; klapprig; vergammelt; schwächlich; kränklich; krakelig; klapperig; brechbar)
ragged; wonky; ramshackle; wobbly; rickety-
ragged bijvoeglijk naamwoord
-
wonky bijvoeglijk naamwoord
-
ramshackle bijvoeglijk naamwoord
-
wobbly bijvoeglijk naamwoord
-
rickety bijvoeglijk naamwoord
-
-
matt (müde; faul; langsam; schwerfällig; schwül; träge; schlapp; nachlässig; flau; teilnahmslos; arbeitsscheu; trödelig; lässig; schleppend; lustlos; freudlos; denkfaul)
sluggish; indolent; lazy; dawdling; inert; limp; tardy; passive; languid; dragging; drooping; slow; listless; lingering; shuffling; inactive; slow of understanding-
sluggish bijvoeglijk naamwoord
-
indolent bijvoeglijk naamwoord
-
lazy bijvoeglijk naamwoord
-
dawdling bijvoeglijk naamwoord
-
inert bijvoeglijk naamwoord
-
limp bijvoeglijk naamwoord
-
tardy bijvoeglijk naamwoord
-
passive bijvoeglijk naamwoord
-
languid bijvoeglijk naamwoord
-
dragging bijvoeglijk naamwoord
-
drooping bijvoeglijk naamwoord
-
slow bijvoeglijk naamwoord
-
listless bijvoeglijk naamwoord
-
lingering bijvoeglijk naamwoord
-
shuffling bijvoeglijk naamwoord
-
inactive bijvoeglijk naamwoord
-
slow of understanding bijvoeglijk naamwoord
-
-
matt (fahl; verschossen; schal; verschlissen; farblos; falb; glanzlos; welk; ausgebleicht)
-
matt (blaß; fahl; welk; verwaschen; glanzlos)
Vertaal Matrix voor matt:
Synoniemen voor "matt":
Wiktionary: matt
matt
Cross Translation:
adjective
matt
-
Schach: in einer Situation, in der der König bedroht ist und sich dem nicht entziehen kann
- matt → mate
-
von Glas: nicht durchsichtig, nur durchscheinend
- matt → frosted
-
ohne Glanz
-
von geringer Farbintensität
- matt → dull
-
mit Anzeichen von Ermüdung oder Erschöpfung, Gegenteil von lebhaft oder rege
- matt → weak
adjective
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• matt | → pale | ↔ flets — een vale kleur hebbend |
• matt | → blunt | ↔ terne — Qui n’a pas l’éclat qu’il doit avoir, ou qui en a peu en comparaison d’une autre chose. |
Engels
Uitgebreide vertaling voor matt (Engels) in het Duits
matt:
-
matt (dull)
Vertaal Matrix voor matt:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | flatness; lusterlessness; lustrelessness; mat; matte | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | flat; mat; matte; matted | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bleich | dull; matt | ash grey; ashen; blank; drained of colour; grubby; off colour; pale; pallid; plain; unmarked; washed out; white |
farblos | dull; matt | ash grey; ashen; bland; clear; colorless; colourless; dim; drab; dull; faded; faint; frosted; grey; grubby; lurid; mat; misty; pale; sallow; washed out; weathered |
matt | dull; matt | bland; dawdling; dim; dragging; drained; drooping; dull; dully; dusted; faded; faint; feeble; flat; frail; frosted; inactive; indolent; inert; languid; languishing; lazy; limp; lingering; listless; lurid; mat; matted; misty; pale; passive; powdered; ragged; ramshackle; rickety; sallow; shuffling; sick; sickly; slow; slow of understanding; sluggish; tardy; wan; washed out; weak; wobbly; wonky |