Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Grollen

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Grollen

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. grollen:
  2. Grollen:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Grollen (Duits) in het Engels

grollen:

grollen werkwoord (grolle, grollst, grollt, grollte, grolltet, gegrollt)

  1. grollen (blitzen; gewittern; fallen; )
    to thunder
    • thunder werkwoord (thunders, thundered, thundering)
  2. grollen (Groll haben)
    to resent something; to resent someone
    • resent something werkwoord (resents something, resented something, resenting something)
    • resent someone werkwoord (resents someone, resented someone, resenting someone)

Conjugations for grollen:

Präsens
  1. grolle
  2. grollst
  3. grollt
  4. grollen
  5. grollt
  6. grollen
Imperfekt
  1. grollte
  2. grolltest
  3. grollte
  4. grollten
  5. grolltet
  6. grollten
Perfekt
  1. habe gegrollt
  2. hast gegrollt
  3. hat gegrollt
  4. haben gegrollt
  5. habt gegrollt
  6. haben gegrollt
1. Konjunktiv [1]
  1. grolle
  2. grollest
  3. grolle
  4. grollen
  5. grollet
  6. grollen
2. Konjunktiv
  1. grollte
  2. grolltest
  3. grollte
  4. grollten
  5. grolltet
  6. grollten
Futur 1
  1. werde grollen
  2. wirst grollen
  3. wird grollen
  4. werden grollen
  5. werdet grollen
  6. werden grollen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde grollen
  2. würdest grollen
  3. würde grollen
  4. würden grollen
  5. würdet grollen
  6. würden grollen
Diverses
  1. grolle!
  2. grollt!
  3. grollen Sie!
  5. gegrollt
  6. grollend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor grollen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
thunder Donner; Donnern; Donnerschlag; Gedonner
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
resent someone Groll haben; grollen Groll haben
resent something Groll haben; grollen
thunder blitzen; donnern; ertönen; fallen; geifern; gewittern; grollen; grunzen; knallen; schleudern; schmatzen; schmeißen; schmettern; stürzen; tosen; wettern aufleuchten; ausfahren; blitzen; brüllen; donnern; dröhnen; keifen; krachen; rasen; schelten; schimpfen; toben; tosen; wüten

Synoniemen voor "grollen":


Grollen:

Grollen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Grollen (Knurren)
    the rumbling
    • rumbling [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Grollen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rumbling Grollen; Knurren

Wiktionary: Grollen

Grollen
noun
  1. low, heavy, continuous sound







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0317 seconde
Page rendered in 1.0 seconds