Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. an haben:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor anhaben (Duits) in het Engels

anhaben:


Synoniemen voor "anhaben":


Wiktionary: anhaben

anhaben
verb
  1. meist verneint, nur im Infinitiv: jemandem schaden, jemandem eine Straftat oder Ähnliches nachweisen
  2. umgangssprachlich: eingeschaltet haben
  3. umgangssprachlich: ein Kleidungsstück am Körper tragen
anhaben
verb
  1. to have on (clothes)

an haben:

an haben werkwoord

  1. an haben (tragen)
    to wear; to have on
    • wear werkwoord (wears, wore, wearing)
    • have on werkwoord (has on, had on, having on)

Vertaal Matrix voor an haben:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wear Aufmachung; Kleidung; Schwangerschaften
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
have on an haben; tragen auf haben
wear an haben; tragen