Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Gehorsamkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gehorsamkeit (Duits) in het Engels

Gehorsamkeit:

Gehorsamkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Gehorsamkeit (Disziplin; Anordnung; Verordnung; )
    the obedience; the submission; the docility

Vertaal Matrix voor Gehorsamkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
docility Anordnung; Disziplin; Folgsamkeit; Gehorsamkeit; Unterwerfung; Verordnung; Vorschrift
obedience Anordnung; Disziplin; Folgsamkeit; Gehorsamkeit; Unterwerfung; Verordnung; Vorschrift
submission Anordnung; Disziplin; Folgsamkeit; Gehorsamkeit; Unterwerfung; Verordnung; Vorschrift Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Einsendung; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Unterwürfigkeit; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht

Wiktionary: Gehorsamkeit

Gehorsamkeit
noun
  1. quality of being obedient