Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. nun:
  2. Wiktionary:
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. nun:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor nun (Duits) in het Engels

nun:

nun bijvoeglijk naamwoord

  1. nun (ja)
    well
    • well bijvoeglijk naamwoord
  2. nun (in diesem Moment; jetzt)
    currently; right now; at present; now

Vertaal Matrix voor nun:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
well Brunnen; Zisterne
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
at present in diesem Moment; jetzt; nun auf der Stelle; augenblicklich; gegenwartig; heute; heutzutage; im Augenblick; im Moment; in diesem Moment; jetzt; momentan; zur Zeit
currently in diesem Moment; jetzt; nun aktuell; derzeitig; gegenwärtig; heutig; im Augenblick; im Moment; momentel
now in diesem Moment; jetzt; nun auf der Stelle; augenblicklich; direkt; gegenwartig; heute; im Augenblick; im Moment; in diesem Moment; jetzt; momentan; sofort; zur Zeit
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
right now in diesem Moment; jetzt; nun augenblicklich; direkt; fristlos; sofort
well ja; nun begütert; behäbig; blühend; finanzstark; fit; gesund; glühend; gut gestellt; gut situiert; gutgestellt; gutsituiert; heil; heilsam; hygienisch; in bester Form; inbesterForm; ja; jawohl; kapitalkräftig; sehr bemittelt; sehr reich; springlebendig; stein reich; tja; vermögend; wohlauf; wohlhabend

Synoniemen voor "nun":


Wiktionary: nun

nun
adverb
  1. zu diesem Zeitpunkt, zum jetzigen Zeitpunkt, in dem Moment
  2. in unmittelbarere Zukunft
  3. in unmittelbarer Vergangenheit
nun
en-con
  1. since, because
adverb
  1. at the present time
interjection
  1. expression of encouragement
  1. Used as a general lead-in or beginning (4)
  2. Used to fill space or pauses (3)

Cross Translation:
FromToVia
nun now thans — op het huidige tijdstip
nun now nu — op het huidige tijdstip
nun now; yet; however or — Conjonction dont on se sert pour lier un discours à un autre.

Verwante vertalingen van nun



Engels

Uitgebreide vertaling voor nun (Engels) in het Duits

nun:

nun [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the nun (sister)
    die Nonne; die Schwester
    • Nonne [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Schwester [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor nun:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Nonne nun; sister
Schwester nun; sister little sister; nurse; sib; sibling; sis; sister
- conical buoy; nun buoy

Verwante woorden van "nun":

  • nuns

Synoniemen voor "nun":


Verwante definities voor "nun":

  1. the 14th letter of the Hebrew alphabet1
  2. a buoy resembling a cone1
  3. a woman religious1

Wiktionary: nun

nun
noun
  1. member of a Christian religious community of women
nun
noun
  1. Religion: Mitglied eines Frauenordens

Cross Translation:
FromToVia
nun Nonne non — inwoonster van een vrouwenklooster
nun Nonne; Klosterfrau; Klosterschwester nonnain — vieux|fr ou litt|fr religieuse ; nonne.
nun Nonne nonne — religieuse