Gesundheit: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Gesundheit:
- healthiness; health; good health; fitness training; constitution; system; frame; fundamental law; basic rule
Wiktionary:
- Gesundheit → gesundheit, bless you, health
- Gesundheit → gesundheit, bless you
- Gesundheit → health, God bless you, bless you, gesundheit

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gesundheit (Duits) in het Engels

die Gesundheit (Wohlbefinden)
the healthiness; the health; the good health
- healthiness [the ~] zelfstandig naamwoord
- health [the ~] zelfstandig naamwoord
- good health [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gesundheit (Fitneß)
the fitness training
- fitness training [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gesundheit (Konstitution; Verfassung; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Konstituierung; Leibesbeschaffenheit)
the constitution; the system; the frame; the fundamental law; the basic rule
- constitution [the ~] zelfstandig naamwoord
- system [the ~] zelfstandig naamwoord
- frame [the ~] zelfstandig naamwoord
- fundamental law [the ~] zelfstandig naamwoord
- basic rule [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
basic rule	Gesundheit; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung	Ausgangspunkt; Grundbegriff; Grundgesetz; Grundregel; Hauptregel; Keim; Prinzip; Regel; Verfassung
constitution	Gesundheit; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung	Grundgesetz; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung; körperliche Verfassung
fitness training	Fitneß; Gesundheit
frame	Gesundheit; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung	Beschlag; Borte; Dachbinder; Fassung; Flugzeugrumpf; Frame; Gerippe; Gerüst; Gestell; Korpus; Leiste; Rahmen; Rand; Videoframe
fundamental law	Gesundheit; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung	Grundgesetz; Verfassung
good health	Gesundheit; Wohlbefinden
health	Gesundheit; Wohlbefinden	Integrität
healthiness	Gesundheit; Wohlbefinden
system	Gesundheit; Konstituierung; Konstitution; Körperbau; Körperbeschaffentheit; Leibesbeschaffenheit; Verfassung	Arbeitsmethode; Arbeitsweise; Methode; System; Verfahren
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
frame		einfassen; einrahmen; einsäumen; umranden
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
health		gesundheidlich

Gesundheit

noun

Ausruf für nach dem niesen
- Gesundheit → gesundheit; bless you
als geistig ausgeglichen und emotional harmonisch empfundener, in körperlicher und vor allem praktischer Hinsicht als ausreichend kraftvoll erlebter Allgemeinzustand voller Arbeits- oder Leistungsfähigkeit und damit uneingeschränkter Handlungsfähigkeit
- Gesundheit → health

Gesundheit

noun

overall level of function of an organism
- health → Gesundheit
physical condition
- health → Gesundheit
state of being free of physical or psychological disease, illness, or malfunction
- health → Gesundheit

interjection

Cross Translation:

From	To	Via
• Gesundheit	→ health	↔ gezondheid — welbevinden, in goede staat zijn
• Gesundheit	→ health	↔ santé — Bon état de l’organisme (1)
• Gesundheit	→ God bless you; bless you; gesundheit	↔ à tes souhaits — formule de politesse que l’on dit à une personne qui vient d’éternuer, et que l’on tutoie.

Computer vertaling door derden:

Remove Ads