Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Beton

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Beton

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Beton:
  2. Wiktionary:
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. bet on:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Beton (Duits) in het Engels

Beton:

Beton [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Beton (Steinmörtel)
    the concrete; the reinforced concrete
  2. der Beton
    the concrete
    • concrete [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Beton:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
concrete Beton; Steinmörtel Steinmörtel
reinforced concrete Beton; Steinmörtel
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
concrete deudlich; greifbar; handgreiflich; konkret

Wiktionary: Beton

Beton
noun
  1. aus Zement, Wasser und Gesteinskörnung hergestellter Baustoff
Beton
noun
  1. building material
adjective
  1. made of concrete
Cross Translation:
FromToVia
• Beton → concrete ↔ béton — Matériau de construction

Computer vertaling door derden:


Engels

Uitgebreide vertaling voor Beton (Engels) in het Duits

bet on:

to bet on werkwoord (bets on, betting on)

  1. to bet on (bet; wager)
    wetten; einsetzen; verwetten
    • wetten werkwoord (wette, wettest, wettet, wettete, wettetet, gewettet)
    • einsetzen werkwoord (setze ein, setzt ein, setzte ein, setztet ein, eingesetzt)
    • verwetten werkwoord (verwette, verwettest, verwettet, verwettete, verwettetet, verwettet)

Conjugations for bet on:

present
  1. bet on
  2. bet on
  3. bets on
  4. bet on
  5. bet on
  6. bet on
present perfect
  1. have bet on
  2. have bet on
  3. has bet on
  4. have bet on
  5. have bet on
  6. have bet on
past continuous
  1. was betting on
  2. were betting on
  3. was betting on
  4. were betting on
  5. were betting on
  6. were betting on
future
  1. shall bet on
  2. will bet on
  3. will bet on
  4. shall bet on
  5. will bet on
  6. will bet on
continuous present
  1. am betting on
  2. are betting on
  3. is betting on
  4. are betting on
  5. are betting on
  6. are betting on
subjunctive
  1. be bet on
  2. be bet on
  3. be bet on
  4. be bet on
  5. be bet on
  6. be bet on
diverse
  1. bet on!
  2. let's bet on!
  5. bet on
  6. betting on
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor bet on:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
einsetzen bet; bet on; wager adjust; administer; adopt; apply; apply yourself; appoint; arrange; avail oneself of; be off; begin; commence; employ; enforce; engage; establish; feed in; filter in; get under way; handle; implement; inaugurate; initiate; insert; instal; install; institute; introduce; introduce somebody to; join the traffic; make use of; mobilise; mobilize; nominate; place in between; practice; practise; put in between; set; set in; set in motion; set up; show enthusiasm; show willingness; start; start to; station; strike up; take; take off; take on; undertake; use; utilise; utilize
verwetten bet; bet on; wager
wetten bet; bet on; wager bet; gamble; speculate; stake; take a chance; take a risk
- back; gage; game; punt; stake

Synoniemen voor "bet on":


Verwante definities voor "bet on":

  1. place a bet on1

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0343 seconde
Page rendered in 1.0 seconds