Spitzel: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Spitzel:
- accomplices; henchmen
- informer; police spy; spy; peeper; peeping Tom; informant; snooper; squeaker; tell-tale; secret agents; spies; informers; snitchers; squealers; stoolpigeons
Wiktionary:
- Spitzel → spy, ear, snitch

Duits

Uitgebreide vertaling voor Spitzel (Duits) in het Engels

die Spitzel (Komplizen)
the accomplices; the henchmen
- accomplices [the ~] zelfstandig naamwoord
- henchmen [the ~] zelfstandig naamwoord

der Spitzel (Zuträger; Spion)
the informer; the police spy; the spy
- informer [the ~] zelfstandig naamwoord
- police spy [the ~] zelfstandig naamwoord
- spy [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Spanner; Schnüffler; Voyeur)
the peeper; the peeping Tom
- peeper [the ~] zelfstandig naamwoord
- peeping Tom [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Informant)
the informant; the informer
- informant [the ~] zelfstandig naamwoord
- informer [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Informant)
the snooper; the informer
- snooper [the ~] zelfstandig naamwoord
- informer [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Schnüffler; Zuträger)
the squeaker; the tell-tale; the informer
- squeaker [the ~] zelfstandig naamwoord
- tell-tale [the ~] zelfstandig naamwoord
- informer [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Spione)
the secret agents; the spies; the informers
- secret agents [the ~] zelfstandig naamwoord
- spies [the ~] zelfstandig naamwoord
- informers [the ~] zelfstandig naamwoord
der Spitzel (Polizeispitzel; Schnüffler)
the snitchers; the informers; the squealers; the stoolpigeons
- snitchers [the ~] zelfstandig naamwoord
- informers [the ~] zelfstandig naamwoord
- squealers [the ~] zelfstandig naamwoord
- stoolpigeons [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
accomplices	Komplizen; Spitzel
henchmen	Komplizen; Spitzel
informant	Informant; Spitzel	Berichterstatter; Informant; Informantin; Journalist; Kommentator; Korrespondent; Redner; Sprecher; Sprecherin; Wortführer; Wortführerin
informer	Informant; Schnüffler; Spion; Spitzel; Zuträger	Anzeiger; Berichterstatter; Denunziant; Der einen Himweis gibt; Die einen Himweis gibt; Informant; Journalist; Kommentator; Korrespondent; Petzer; Redner; Sprecher; Sprecherin; Wortführer; Wortführerin
informers	Polizeispitzel; Schnüffler; Spione; Spitzel	Schnüffler
peeper	Schnüffler; Spanner; Spitzel; Voyeur
peeping Tom	Schnüffler; Spanner; Spitzel; Voyeur	Spanner; Voyeur
police spy	Spion; Spitzel; Zuträger
secret agents	Spione; Spitzel
snitchers	Polizeispitzel; Schnüffler; Spitzel
snooper	Informant; Spitzel	Anzeiger; Denunziant; Der einen Himweis gibt; Die einen Himweis gibt
spies	Spione; Spitzel	Schnüffler
spy	Spion; Spitzel; Zuträger	Einbrecher; Eindringling; Einschleicher; Fremdkörper; Infiltrant; Zudringling
squeaker	Schnüffler; Spitzel; Zuträger	Petzer; Verräter
squealers	Polizeispitzel; Schnüffler; Spitzel
stoolpigeons	Polizeispitzel; Schnüffler; Spitzel
tell-tale	Schnüffler; Spitzel; Zuträger	Peterin; Petzer; Zuträgerin
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spy		Spionage treiben; heimlich schauen; lauern; schnüffeln; spionieren

Konfident; Kontaktmann; Polizei-Informant; Polizeispitzel; Schnüffler; V-Mann; V-Person; Verbindungsfrau; Verbindungsmann; Verbindungsperson; VP; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ
Agent; Aushorcher; Beobachter; Detektiv; Ermittler; Geheimagent; Kundschafter; Lauscher; Privatdetektiv; Schlapphut; Schnüffler; Spion; Spürhund

Spitzel

noun

Spitzel

noun