Duits
Uitgebreide vertaling voor heilig (Duits) in het Engels
heilig:
-
heilig (geweiht)
sacred; holy; consecrated; sacrosanct-
sacred bijvoeglijk naamwoord
-
holy bijvoeglijk naamwoord
-
consecrated bijvoeglijk naamwoord
-
sacrosanct bijvoeglijk naamwoord
-
-
heilig (verherrlicht; herrlich; selig; himmlisch; köstlich; gottselig; wonnig; glorreich)
illustrious; blessed; renowned; glorious; divine-
illustrious bijvoeglijk naamwoord
-
blessed bijvoeglijk naamwoord
-
renowned bijvoeglijk naamwoord
-
glorious bijvoeglijk naamwoord
-
divine bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor heilig:
Synoniemen voor "heilig":
Wiktionary: heilig
heilig
Cross Translation:
adjective
heilig
-
(umgangssprachlich) entsetzlich, groß
- heilig → incredible; healthy
-
gehoben: unantastbar, Ehrfurcht einflößend, ernst
-
göttlich, verehrenswürdig, sehr fromm, geweiht
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• heilig | → sacred; holy | ↔ heilig — door wijding aan het goddelijke bijzonder gemaakt |
• heilig | → holy; sacred | ↔ sacré — (religion) Qui concerner la religion, qui a pour objet le culte de Dieu ou des dieux. |
• heilig | → holy; sacred; sainted | ↔ saint — pur, souverainement parfait et bienheureux. |